Een stomend heet vervolg op de erotische roman ‘Rood fruit’.
‘Het probleem is dat ik zijn arrogantie al even opwindend als hatelijk vind’
Met hun erotische roman Rood Fruit zorgen onze Happy Ending-auteur Elien Geboers en haar co-auteur Ann Cuyvers (Womeneria.com) ervoor dat het een héél zwoele zomer wordt. Maar omdat je nooit te veel opwinding kan hebben, schrijft Elien speciaal voor Flair negen weken lang een spicy spin-off van het boek.
Deel 4: ‘Het smaakt naar zomer’
In het gorillaglas van mijn te pletter gestorte smartphone zit toch een piepklein barstje, net op de plaats waar Pedro’s lippen de mijne raken op mijn achtergrondfoto. Ironisch, denk ik. Ik strijk er voorzichtig overheen met mijn duim en voel mijn maag een beetje ineenkrimpen. Een deel van mij wil niets liever dan hem opbellen en het meteen weer goed proberen maken. Een ander deel vertikt het zelfs om nog een berichtje met ‘Oké’ erin te sturen. Die tweede Marisa wint.
Heel kinderachtig, maar met o zo veel voldoening steek ik mijn tong uit naar het schermpje, leg de smartphone dan met de achterkant naar boven op het bed en loop naar de badkamer. No way in hell dat ik dit weekend ga laten vergallen. Uiteindelijk praten we het wel uit, zo gaat het altijd tussen ons. Maar het zomaar afbollen vlak voordat ik een paar dagen naar het buitenland ga? Dat is zelfs naar mijn standaarden te dramatisch. En dat wil al wat zeggen. Dat hij lekker gaarkookt in zijn eigen sop.
Ik draai de kraan van de lavabo open en gooi drie handenvol koud water in mijn gezicht. Wanneer ik opkijk en in die spiegel nog steeds twee lichtrode kringen onder mijn ogen zie, rommel ik wat in mijn beautycase. Niets wat een goede oogcrème met cafeïne niet kan oplossen tegen morgenvroeg. Ik smeer ook de standaard drie lagen serum, nachtcrème en olie op mijn gelaat en loop ietwat herboren naar de walk-incloset. In mijn handbagage stop ik uit pure wraakgevoelens alleen mijn meest tot de verbeelding sprekende jurkjes, die ene jeans waarin mijn kont echt van een andere planeet is en alleen maar pikante lingeriesetjes. Het zal hem leren. En slaap ga ik er ook niet om laten, neem ik me voor wanneer ik een halfuurtje later alleen, in het midden van het kingsize bed, onder de dons kruip.
Tevergeefs, helaas. Want hoe graag ik ook van mijn hart een steen zou willen maken, ik lig een uurtje later nog steeds te woelen en te piekeren. Ik ben intussen opgeschoven naar Pedro’s kant van het bed, omdat ik hem daar beter kan ruiken en heb nog ‘maar’ zeven keer gecheckt of hij toch niet nog een berichtje heeft gestuurd. Niet dus. Het chatvenster van Simon heb ik sinds daarstraks niet meer geopend. Van het idee alleen al word ik momenteel een beetje misselijk. En ik voel me al zo oncomfortabel in dit veel te grote, veel te kille, veel te lege bed.
Wat dacht ik toch toen ik besloot dat een open relatie voor Pedro en mij dé oplossing zou zijn? Dé manier om onze jarenlange relatie wat extra spanning te geven? Iets wat ons dichter bij elkaar zou brengen, besloten we. Wat al even lachwekkend als triestig is, nu ik hier letterlijk alleen in ons bed lig. Ik draai me nog een keertje om, leg een van de ongebruikte hoofdkussens boven op mijn hoofd en sluit mijn ogen. Eén schaapje, twee schaapjes, drie schaapjes…
Nachtelijk bezoek
‘Psst.’
‘Hmmm…’
‘Psst, Marisa. Ben je wakker?’
Zodra ik besef dat ik niet meer aan het dromen ben en er wel degelijk iemand van vlees en bloed de slaapkamer binnen is gedrongen en nu naast mijn hoofd hangt te zweven, veer ik recht en slaak ik een gil die de buren van hectaren verder nog zouden kunnen horen. In een reflex grijp ik naar het dichtstbijzijnde kussen en begin er wild mee in het rond te slaan.
‘Rustig, Marisa’, roept Pedro, wiens stem ik nu natuurlijk meteen herken. Hij is al even geschrokken als ik. Maar in plaats van opgelucht te zijn dat hij het is en mijn aanval daadwerkelijk te staken, doe ik net daarom precies het tegenovergestelde. Ik spring uit bed en geef hem – met het zachte kussen, uiteraard – een pandoering vanjewelste. Met zijn armen voor zijn gezicht laat Pedro me begaan, tot ik er bekaf van ben en mezelf afgemat weer op het matras laat ploffen.
‘Wie denk jij wel dat je bent?’ hijg ik. ‘En hoe laat is het zelfs?’
‘Eén uur ’s nachts’, antwoordt hij kalmpjes, en hij waagt het om toch een stap dichter naar me toe te zetten. Ik breng met veel pretentie mijn hand voor zijn gezicht:
‘Ho maar, jij. Niet zo snel. Waar heb jij gezeten? En trouwens, ging jij niet wegblijven om wat afstand te nemen?’
Hij glimlacht. Die typische, onuitstaanbare, onweerstaanbare glimlach van hem. ‘Kan ik toch helemaal niet. En dan weet je goed genoeg. Ik zat gewoon bij Miguel, we hebben een biertje gedronken. Was je jaloers?’
Het probleem met Pedro is dat ik zijn arrogantie al even opwindend als hatelijk vind. En dat hij dat maar al te goed beseft. Maar ik doe mijn uiterste best om het gevoel dat langzaam begint op te borrelen in mijn bekken, toch nog even te onderdrukken.
‘Jaloers, ik?’ spring ik weer recht. Ik ga vlak voor zijn neus staan. ‘Hoe kom je er zelfs bij?! Was jij niet degene die daarstraks als eerste flipte?’
‘Kan zijn’, gniffelt hij. ‘Maar ik ben niet huilend in de kleerkast gevlucht.’ Na die tegenaanval zit het spel natuurlijk echt op de wagen.
‘Ja, daar moet je echt trots op zijn. Je vrouw zo overstuur maken, om haar vervolgens maar aan haar lot over te laten en lekker op stap te gaan met je beste vriend. Toppertje ben je, Pedro Garcia-Dobarco.’
De steeds groter wordende grijns op Pedro’s gezicht maakt me woest en botergeil tegelijkertijd. Twee emoties die elkaar alleen maar versterken, waardoor ik in een mum van tijd in een vicieuze cirkel van razendsnel stijgende spanning beland. Ik voel gewoon hoe rood mijn wangen worden en hoezeer zelfs de kleinste spiertjes in mijn handen, voeten, gezicht en vagina zich beginnen aan te spannen. Elk donshaartje op mijn nochtans behoorlijk gladgeschoren lichaam komt recht te staan. Want ja, dat doe ik dan ook nog voor meneer.
Als twee concurrerende toreadors beginnen we nu om elkaar heen te cirkelen. Wie de eerstvolgende steek zal uitdelen, is nog de vraag, maar onze blikken laten elkaar alvast geen seconde los. En terwijl Pedro’s grijns alleen maar groter wordt, wordt mijn zelfbeheersing steeds kleiner. Ik voel het intussen tintelen tot in mijn kleine teen en kan van pure drift amper nog op mijn benen blijven staan. Pedro schraapt zijn keel. Mijn hart bonst uit mijn borstkas, alleen al uit nieuwsgierigheid over wat hij gaat zeggen. Mijn oren spitsen zich en mijn lippen trekken samen in een fijne, strakke lijn. Hij fluistert: ‘Wat ben jij toch onnoemelijk, onweerstaanbaar, ongelofelijk, ongeëvenaard geil als je kwaad op me bent.’
Eén seconde, twee seconden, drie seconden en dan… BOEM! Als een donderslag bij heldere hemel. Letterlijk.
Terug naar die eerste keer
Ik spring een gat in de lucht en ren op automatische piloot naar het grote raam van de slaapkamer. Wanneer ik de gordijnen met een ruk opentrek, wordt heel onze kamer verlicht door de meest indrukwekkend bliksemschicht die ik ooit heb gezien, razendsnel gevolgd door een al even imposante tweede knal. Nog voor Pedro bij me kan komen staan, gaan de hemelsluizen open. Een rilling van genot loopt langs mijn rug wanneer Pedro zijn handen om mijn taille legt en zijn lippen tegen mijn oorlel drukt.
‘Herinner jij je het nog?’
Natuurlijk, alsof ik dat moment ooit zou kunnen vergeten. Pedro en ik, samen onder een schamel afdak, vluchtend voor de storm. Onze allereerste ontmoeting. Het was liefde op het eerste gezicht. En lust klaarblijkelijk ook. Vanaf de eerste keer dat onze blikken kruisten, wisten we allebei: die moet ik hebben. Ik sluit mijn ogen en zie het zo weer voor me: twee tot op dat moment totale vreemden, die in the middle of nowhere de kleren van elkaars lijf rukken en vergeten dat er nog een wereld is buiten dat kleine, houten hokje tussen de bergen.
Na die eerste keer dat hij me nam, voelde ik mijn kutje vijf dagen later nog nazinderen. Hij lag aan de ene kant van ons schuilplekje, ik aan de andere. De spanning tussen ons was meteen te snijden. Ik, totaal in de ban van zijn indringende ogen. Hij, betoverd door mijn innemende glimlach. De donderslag had de volgende lichtflits nog maar net opgevolgd toen we gelijktijdig in elkaars armen vlogen en we in recordtijd passioneel kussend tegen elke wand van het hokje waren beland.
Nu ja, kussen… Opvreten, eigenlijk. Met het grootste gemak tilde hij me van de grond en kozen we uiteindelijk voor de linkerzijwand. Hij leek wel twee keer zo groot als ik. Ik leek een pluimgewicht. Nooit eerder was mijn hart zo hevig tekeergegaan. Nooit eerder voelde ik zoveel goesting door mijn aderen stromen. Onze kledingstukken vlogen alle kanten uit. Het leek wel alsof we vijf paar handen hadden.
Ik denk dat we wel vijftien minuten lang stonden te kussen, tot we simpelweg te geil waren om nog langer recht te blijven staan. Zonder moeite zette hij me op het veel te kleine, krakende houten bankje in de hoek van het hokje en begon hij mijn zo goed als naakte lijf af te speuren met zijn lippen. Het kon ons niets schelen of dat oude bankje onze escapade zou overleven. En al evenmin of we daar wel veilig waren.
Het enige wat telde, was dat we elkaar wilden, nee, móésten hebben. Het was alsof de hele wereld om ons heen verdween en ik enkel nog kon voelen hoe zijn lippen mijn kruis bereikten toen hij voor het bankje op de grond op zijn knieën zakte. Hoe zijn tong langs mijn schaamlippen streek. Het stormde toen niet alleen meer in de bergen, maar ook in mijn lijf. Wilder en heviger bij elke lik.
Ik kantel mijn hoofd, zodat het tegen Pedro’s borstkas komt te rusten, en ik fluister: ‘Ik hou van jou, klootzak.’ Hij fluistert terug: ‘Ik ook van jou, trut.’ En alsof er nog geen dag voorbij is gegaan sinds die eerste coup de foudre, begraven we de strijdbijl en geven we ons opnieuw over aan elkaar. Niet in een hokje tussen de bergen, maar in ons bed. Niet als twee oververhitte pubers, maar als man en vrouw, als partners, als de liefde van ons leven. De enige.
Volgende week lees je het vervolg van de negendelige reeks.
Nog meer genieten, fantaseren en wegdromen?
Nog meer genieten, fantaseren en wegdromen?
€ 22 – Ann Cuyvers en Elien Geboers
Bestel de erotische roman ‘Rood fruit’.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier