INSPIRATIE: 9 stijlregels waar interieurdesigners aan vasthouden om meteen te kopiëren

Denk in laagjes

Niet elk fotolijstje of schilderij moet worden opgehangen. Kies voor een combinatie van hangende en staande kaders, die laatste op een commode, buffetkast, nachttafeltje of wandplank. Zo creëer je meer diepte en oogt de ruimte uitnodigender en minder ‘af’. Wissel verschillende formaten en vormen af. Het leuke aan staande lijsten? Ze maken het veel makkelijker om te vervangen of te verhuizen naar een andere ruimte.

Van meh naar wauw

Bobby Berk, beter bekend als de interieurdesigner van ‘Queer Eye’ op Netflix, zweert bij deze stijlregel, en gelukkig is ie zo simpel dat iedereen ‘m in z’n interieur kan implenteren. Berk heeft er een gewoonte van gemaakt om alles – van olijfolie over handzeep tot pasta – in een mooie fles, dispenser, glazen bokaal... over te gieten. Wedden dat de meest gewone, functionele zaken in je interieur er plots verrassend stijlvol uitzien? Zo stijlvol zelfs dat je ze niet langer zal willen verstoppen, maar net zal willen uitspelen als ware ze decoratieobjecten. Dat kan onder meer in een vitrinekast, op een wandplank of op het keukenaanrecht.

https://www.instagram.com/p/B_VhtpEJY0V/

Ga voor groen

Ga voor groen in plaats van bloemen. Groen houdt namelijk langer. Zo kan ruscus (muizendoorn) tot een maand overleven en er nog steeds mooi uitzien. Opteer voor een mix van grote statementvazen en kleinere exemplaren voor fijnere takken. Zo’n groene eyecatcher staat overal leuk, van de eettafel over de schouw tot de vensterbank.

Maak het alledaagse speciaal

Hou je favoriete stukken met sentimentele waarde niet voor speciale gelegenheden, maar gebruik ze het hele jaar door. Dat ene suikerpotje dat je ooit tweedehands vond, die fruitschaal die je meebracht uit Marokko, het porseleinen servies dat je erfde van je oma... Wedden dat deze items je koffiemoment of avondmaal een meerwaarde geven? Om nog maar te zwijgen over hoe mooi ze staan in je interieur. Ze tillen het totaalplaatje naar een hoger niveau, net omdat ze uniek zijn en het geheel van persoonlijkheid voorzien.

Less is more (soms toch)

Hoewel wij fan zijn van kleur en prints, kan overdaad ook schaden. Prop je ruimtes niet te vol. Niet elk gaatje hoeft te worden opgevuld met een accentstoel, plant of andere eyecatcher. Lege hoekjes voelen net heel luxueus aan, zeker in een kleine woning.

Vergeet de drie P’s niet

Gebruik de drie P’s om een ruimte af te werken: pillows (kussens), planten en poefs. Een zetel met kussens – ga voor minstens twee stuks – oogt meteen heel wat gezelliger. Wat planten betreft, kies je best voor een of twee eyecatchers, zoals een strelitzia, ficus, alocasia, monstera of bananenplant. Een poef is makkelijk om te toveren tot een salontafel als je er een dienblad op plaatst, of kan ook dienen als opbergplaats voor tv-dekentjes en magazines, indien ie een dubbele bodem heeft.

Breng de accentmuur terug

Een accentmuur doet een ruimte er in een oogopslag heel wat interessanter uitzien. Ga voor een gallery wall, geverfde of behangen accentmuur of een muur gevuld met reissouvenirs zoals waaiers, maskers, manden, borden of schalen.

Verwen jezelf met verse bloemen

Groen en gedroogde bloemen zijn uitstekende opties, maar voor sommigen gaat er niets boven een verse bos bloemen. Die hoeft je geen fortuin te kosten. In de supermarkt vind je bloemen van prima kwaliteit, of je kan ze natuurlijk ook zelf plukken bij een plukweide of -tuin in de buurt. Waar je ze ook haalt, bloemen zijn dé manier om een woning er uitnodigender en luxueuzer te doen uitzien.

Hang vakantiefoto’s op

De tijden dat vakantiekiekjes in een fotoalbum belandden, zijn helaas voorbij. Tuurlijk kan je af en toe door de foto’s op je telefoon scrollen om je vakantie opnieuw te beleven, maar is het niet leuker om een herinnering aan die mooie tijd in je woning te hebben hangen? Dan hebben we het niet over een familieportret bij de Taj Mahal, maar eerder over abstracte natuurbeelden van de oceaan, kalkrotsen of een close-up van een plant of bloem.