Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© Thomas Legrève voor Flair

'Tuurlijk zijn er momenten waarop ik het helemaal gehad heb met ballet. Zeker wanneer ik pijn heb. Dan denk ik: waarom doe ik mezelf dit in godsnaam aan?'

30 onder de 30: Nina Tonoli (26): ‘Ballet is keihard afzien, terwijl je moet blijven glimlachen’

Laura Vansweevelt
Laura Vansweevelt Web- en reportagejournalist

Bij Flair houden we van vrouwen die dingen in beweging zetten, die durven, die springen, die tegen de schenen durven te schoppen en die ons inspireren tot grootse dingen. Dertig weken lang laten we elke week een markante jonge vrouw aan het woord. Deze week aan de beurt: Nina Tonoli.

Meet Nina

  • Geboren in Gent op 18 december 1993.
  • Begon in 2005 op twaalfjarige leeftijd haar dansopleiding aan de Koninklijke Balletschool in Antwerpen.
  • Verhuisde in 2008 naar Londen om er haar opleiding verder te zetten aan de Royal Ballet School.
  • Na haar afstuderen danste ze zeven jaar bij het Wiener Staatsballett, waar ze in 2014 gepromoveerd werd tot half-soliste en twee jaar later tot soliste.
  • Danst sinds september 2019 bij Het Nationale Ballet in Amsterdam als tweede soliste.
  • Te volgen op Instagram via @ninatonoli.


Negen jaar was ze toen ze begon met dansen. Een laatbloeier, naar balletnormen. Maar Nina Tonoli haalde haar achterstand snel in. En hoe. Toen haar moeder haar in 2005 vertelde over de Koninklijke Balletschool in Antwerpen, twijfelde ze geen seconde. Dat ze haar geliefde Gent moest verlaten om in een vreemde stad op internaat te gaan, deerde haar niet. Tijdens de zomercursus van de Britse Royal Ballet School drie jaar later ontving Nina een beurs om haar opleiding aan de prestigieuze academie verder te zetten. In 2013 studeerde ze er met grote onderscheiding af, waarna ze zich aansloot bij het Wiener Staatsballett. Amper een jaar na de start van haar professionele danscarrière werd ze in Wenen gepromoveerd tot half-soliste en nog eens twee jaar later tot soliste. Vandaag werkt ze weer dichter bij huis als tweede soliste bij Het Nationale Ballet in Amsterdam. En hoewel het elke dag opnieuw keihard knokken is, prijst Nina zich gelukkig dat ze van haar hobby haar beroep mocht maken. Ook wanneer ze doodmoe of geblesseerd is. ‘Dan is het: verstand op nul en gewoon gáán.’

Wanneer wist je dat je van dansen je beroep wilde maken?


‘Ballet begon als een hobby. Ik was een heel actief kind en stond altijd in de living te dansen. Op m’n negende stuurden mijn ouders me op balletles. Ik kon mijn energie kwijt en zij hadden even rust (glimlacht). Maar pas toen ik werd toegelaten tot de Britse Royal Ballet School wist ik dat ik professioneel danser wilde worden. In Antwerpen bestond het curriculum nog voor de helft uit algemene vakken zoals wiskunde, taal, biologie… In Londen danste ik elke dag van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Het leek me echt het einde om dat voor de rest van mijn leven te doen en er nog voor betaald te worden ook (lacht).’

De danswereld staat erom bekend keihard te zijn. Wat valt je het zwaarst?


‘Je moet er inderdaad wat voor overhebben. We trainen elke dag van tien uur ’s ochtends tot zes uur ’s avonds. Dat vergt veel van je, zowel fysiek als mentaal. Ballet is keihard afzien, terwijl je moet blijven glimlachen. Het publiek moet namelijk denken dat al dat kunst- en vliegwerk een fluitje van een cent is (lacht). Daardoor zijn we het zo gewend om door te zetten dat we niet altijd luisteren naar ons lichaam. Wanneer je jezelf blijft forceren, zijn blessures onvermijdelijk. Zo ben ik tijdens mijn tijd bij het Wiener Staatsballett bijna een jaar out geweest door een kwetsuur aan mijn enkel. Als danser is het daarom cruciaal om goed zorg te dragen voor je lichaam door onder meer gezond te eten, altijd goed te stretchen en op tijd te gaan slapen.’

Zijn er ook momenten waarop je het helemaal gehad hebt met ballet?


‘Tuurlijk. Zeker wanneer ik pijn heb. Dan denk ik: waarom doe ik mezelf dit in godsnaam aan? Soms vraag ik me af hoe mijn leven er zou hebben uitgezien mocht ik niet voor een professionele danscarrière hebben gekozen. Studeren, elk weekend gaan feesten of tot een kot in de nacht op café zitten… dat zijn allemaal dingen die ik niet ken. Al zou een bureaujob écht niets voor mij zijn, daar ben ik veel te actief voor (lacht). Uiteraard zijn er dagen waarop ik ook maar gewoon mijn job doe. Wanneer ik een week lang elke avond moet optreden, durf ik weleens opgelucht te zijn als het zondag is. Maar bij elke nieuwe choreografie of productie ben ik nog steeds enthousiast.’

Balletdansers Aki Saito en Wim Vanlessen namen in 2018 na 25 jaar afscheid van het Ballet van Vlaanderen. Ze waren toen allebei 43. Boezemt het je angst in dat de pensioenleeftijd van ballerina’s zo laag is?


‘Dat is nu eenmaal de realiteit, vrees ik. Al kan ik me inbeelden dat het na 25 jaar kriebelt om nieuwe horizonten op te zoeken. En om op te staan met een pijnvrij lijf, dat ook (lacht). Het zal sowieso vreemd zijn om van de ene op de andere dag niet meer met ballet bezig te zijn. Ik hoop in ieder geval dat ik mijn leven een nieuwe wending kan geven voor ik verplicht ben om met dansen te stoppen omdat mijn lichaam niet meer mee kan. Maar wat ik na mijn balletcarrière wil doen, daar ben ik nog niet mee bezig. Ik leef liever in het heden.’

Staan er nog rollen of stukken op je bucketlist die je gedanst wil hebben voor je balletpensioen in zicht is?


‘Er zijn er zoveel! Een rol in “Onegin”, “Giselle” en “Don Quichot” zou ik bijzonder graag dansen. En “Romeo & Julia”, dat blijft een klassieker. De ultieme droom is natuurlijk om principal (de voornaamste danser in een opvoering of dansgezelschap, red.) te worden. Nu ik bij een nieuw gezelschap dans, moet ik mezelf opnieuw bewijzen. Ik kan dus alleen maar hard werken en positief denken, in de hoop dat ik van de directeur het vertrouwen en de kansen krijg om mooie rollen te dansen.

En tot slot: wie is jóúw rolmodel?


‘De Russische balletdanseres Diana Vishneva. Als principal bij het Mariinsky Ballet in Sint-Petersburg is ze niet alleen technisch ijzersterk, maar ook bijzonder expressief. Wanneer je haar aan het werk ziet, kan je niet anders dan meegevoerd worden door de emoties.’

Waarom Nina?


Redactrice Kaatje: ‘De balletwereld staat ervoor bekend heel competitief en allesbehalve makkelijk te zijn. Toch weet Nina zich er met spreekwoordelijk gemak in te bewegen. Als gewone Belg danst ze op wereldniveau en dat niet alleen omdat ze bakken talent heeft, maar vooral omdat ze ongelofelijk hard werkt. En dat allemaal terwijl ze nederig blijft.’

Welke vrouw onder de 30 maakt voor jou het verschil? Mail de jury je kandidaat mét korte motivatie op 30@flair.be.

Nog meer markante vrouwen: 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' ' '