Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...

'Als ik zo iemand zie, ben ik altijd geneigd het ergste te denken.'

COLUMN: ‘Ik heb iets met oude mensen die ergens alleen zitten’



Columniste Nele werd vorig jaar moeder. Hier vertelt ze alles wat je wil weten over dat moederschap: lichaamssappige verhalen van onvoorwaardelijke liefde, van snot tot natte prot.


Over een oude dame


‘Hoe oud is hij?’ Mijn lief, mijn dochter en ik zaten op een terrasje en vanop de vereiste afstand sprak een oudere dame ons aan. Ze zat alleen aan een tafeltje, had een leeg kopje koffie voor zich staan en had het chocolaatje ook opgegeten. Dat laatste maakte haar in mijn ogen meteen sympathiek, ook al dacht ze dat mijn dochter een zoon was. Haar rollator stond tussen ons tafeltje en het hare in, en dat ding met handvatten en vier wielen werkte als een magneet op onze dochter. Wat de vraag doet rijzen waarom het loopwagentje dat ze thuis heeft, zo schreeuwlelijk en luid moet zijn. Vanop mijn schoot klauterde ze via de zitbank naar de rollator om met haar handjes naar de handvatten te grijpen, waarop ik ingreep, want covid en babyhandjes vol bacillen en handvatten van oude mensen gaan niet samen. ‘Laat hem maar’, zei de dame, die het hele uitstapje met een glinstering in haar ogen gevolgd had. ‘Hij doet niets verkeerd’, suste ze. Ik lachte, vertrouwde meer op haar levenservaring dan op die van mijn dochter en nam voor de zekerheid de ontsmettingsgel uit mijn handtas.



Tegelijkertijd zocht ik de blik van mijn lief. Ik zocht een geruststellende glimlach en kreeg die, want hij weet dat ik iets heb met oude mensen die ergens alleen zitten. Op een bankje in het park, op een stoel aan hun voordeur of op een terras aan een tafeltje met een leeg kopje koffie en een leeg chocoladewikkeltje voor zich. Ze dwingen op een subtiele manier respect af. Een manier die jongere generaties hen niet kunnen nadoen. Als ik zo iemand zie, ben ik altijd geneigd het ergste te denken. Dat ze daar normaal gesproken altijd met z’n tweeën zaten, maar dat hun geliefde gestorven is. En dat ze daar dan toch nog blijven zitten, omdat dat is wat ze deden. En omdat ze niet anders meer kunnen. Op die leeftijd is het niet meer het moment om nieuwe gewoontes aan te leren. Dan mag je vasthouden aan dat wat je deed, ook als het net dat is wat niet meer kan.

Ze had zelf ook achterkleinkinderen, zei ze zonder dat we het vroegen. Binnenkort zou ze negentig jaar worden. ‘Een groot feest!’ zei ik enthousiast, vooral om de boel in mijn hoofd voor mezelf wat op te vrolijken. Maar ze sloeg haar ogen neer. Dat ging waarschijnlijk niet met dat virus. En dat hoefde ook niet. Haar man was er niet meer. Het was de derde zomer nu. Normaal gezien zaten ze altijd samen op dat terrasje, maar nu zat ze daar dus alleen. En dat was ook maar alleen. Haar stem brak en ik huilde zachtjes achter mijn zonnebril. De blik van mijn lief ontweek ik ditmaal. Ik wilde liever niet zien dat ik gelijk had door het ergste te denken.

Als vanzelf hielden we het gesprek met de oude dame gaande. Omdat ze gewoon met iemand wilde praten, net zoals wij dat soms willen. Omdat ze een klankbord wilde. Omdat ze haar overleden man een plek wilde geven op dat terras. Naast haar, naast ons. Niet enkel in haar hart. ‘Zo’n kleintje weet nog niets, hè?’ besloot ze uiteindelijk. Dat kleintje moest ik ondertussen uit het draagzakje van de rollator plukken. De oude dame vertrok uiteindelijk, haar rollator kranig voor zich uit duwend. Ik duwde mijn dochter tegen me aan, voelde de hand van mijn lief op die van mij en keek de dame na. Ze had een gezapig tempo, onderweg naar nergens. In mijn gedachten wandelde haar man naast haar.

Lees meer columns van Nele:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '