Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© Nele Reymen

'Een kind weegt drie tot vier kilo. Voor die andere tien of twintig heeft niemand een excuus. Dacht ik.'

COLUMN: ‘Het idee om meteen na de bevalling weer in mijn jeans te passen, heb ik opgeborgen’

Onze columniste Nele is terug, mét baby op komst! Ze is nu 32 weken zwanger. Hier vertelt ze alles wat je wil weten over haar zwangerschap. En alles wat je misschien liever niet wil weten.


Ik heb me altijd voorgesteld dat mijn kind niet krijsend, maar grijnzend ter wereld zou komen. Dat het zich een weg naar buiten zou wringen met gebalde vuist eerst, één opgetrokken wenkbrauw en de moeilijkste tandjes al op hun plaats. Dat bespaart toch wat slapeloze nachten. Ik stel me ook voor dat het zelf zal slapen. Veel. Met één oog open. En dat het bijt als iemand te dichtbij komt of kruimelt boven de wieg. En het zou haar op zijn of haar hoofdje hebben. Geen weelderig kapsel, maar genoeg om een stickertje van een kiwi op het kruintje te plakken en het te fotograferen, waardoor het behaarde hoofdje zelf een kiwi lijkt. Klik hier en je weet meteen wat ik bedoel.

Zelf zou ik die zwangerschap wel op fruit en groenten doorkomen. Niemand eet augurken met chocolade, en ik was toch geen idioot?


Ik stel me van alles voor. Dat deed ik al nog voor er één spermacel tot bij mijn eieren geraakt was. Zo ging ik er bijvoorbeeld van uit dat mijn lichaam van te veel extra kilo’s gespaard zou blijven. Een kind weegt drie tot vier kilo. Voor die andere tien of twintig heeft niemand een excuus. Dacht ik. Zelf zou ik die zwangerschap wel op fruit en groenten doorkomen. Niemand eet augurken met chocolade, en ik was toch geen idioot? En alsnog typ ik dit met chocolade tussen mijn tanden en aan mijn vingertoppen, terwijl ik meer nadenk over mijn volgende snack dan over de volgende zin. Misschien wordt het een augurk.

Stilaan merk ik dus dat ik mijn verwachtingen moet bijstellen. Daarom heb ik alvast het idee om het ziekenhuis in mijn gewone jeans te verlaten al ergens ver weg opgeborgen. Samen met die jeans. Al stel ik me dat vertrek wel nog steeds voor als iets met een volgspot, confetti-kanonnen en een oorverdovend applaus van het verplegend personeel, terwijl de baby en ik gedecideerd verder stappen en met ons handje zwaaien. Of onze middelvinger opsteken, dat valt nog af te wachten.

Dat alleen al bewijst nogmaals dat ik me de dingen niet altijd voorstel zoals ze zijn of worden. Het zijn waanbeelden die ver van de realiteit liggen. Eigenlijk weet ik heel goed dat het er allemaal in niets op zal lijken. Ik probeer me nu dus voor te stellen dat het ook effectief anders wordt, en niet zoals ik het ooit allemaal voor ogen had. Zonder grijns en gebalde vuist. Moeilijker, harder, zwaarder misschien. Maar stiekem en na al het mogelijke drama toch ook nog veel beter.

Lees meer columns van Nele:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '