‘Van vriendinnen weet ik dat ik lang niet de enige ben die ooit in een fijne relatie zat, maar toch werd overmand door het verlangen om je lusten te volgen, te begeren en begeerd te worden.’
Arkasha: ‘Dat ik zo’n misstap beging, moest toch betekenen dat ik mijn vriend niet graag meer zag?’
Over alles wat er in haar leven in Antwerpen gebeurt, schrijft Arkasha eerlijke brieven naar haar vriendin Anaïs, die in New York woont.
Hey Anaïs,
Soms lees je ergens een stukje dat regelrecht binnenkomt. Dat kan een diepzinnige oneliner uit een zwaarwichtige songtekst zijn (Ja, Leonard Cohen, ik kijk naar jou) maar soms is ’t iets heel eenvoudigs. Oké, eerst wat context. Als ik heel eerlijk ben, voel ik mij nog altijd zwaar gefaald over mijn langste relatie tot nu toe. De zeven jaar met een crème van een kerel, waaraan evenveel jaren geleden bruusk een einde kwam. Niet dat ik de man in kwestie nog mis, die wonde is gelukkig geheeld. Maar ik ben wél nog boos op mezelf, omdat ik hem bedrogen heb. Die ene nacht is nog steeds een lelijke schaamvlek op een vrij smetteloos parcours.
Na een festival in de stad ging ik met een paar vrienden naar hun cohousing om nog wat na te praten. Onder hen een vriend voor wie ik een stevig boontje had, al zou ik dat toen niet hebben toegegeven. Zelfs niet aan mezelf. Toen die vriend me buitenliet, kuste hij me en van het een kwam het ander. Nadat we seks hadden in zijn kamer en de zweverige roes was uitgewerkt, kreeg ik een halve paniekaanval. Beschaamd droop ik af naar huis, ging eerst nog langs de apotheker van wacht voor een morning-afterpil (ook dat nog) en besloot toen om er een paar dagen over na te denken voor ik het tegen mijn vriend zou zeggen – of niet.
Tijdens die dagen heb ik mijn relatie heel erg in vraag gesteld. Dat ik zo’n misstap kon begaan, moest toch betekenen dat ik mijn vriend niet graag meer zag? Of toch niet graag genoeg? Dat er een haar in de boter zat? Dat ik beter vrijgezel kon zijn? Na mijn bedenktijd heb ik alles opgebiecht, omdat ik vond dat mijn vriend de waarheid verdiende. Na de paar wazige weken die volgden, waren we het er, zonder overtuigd besluit, over eens dat we er dan maar beter mee ophielden. Daardoor kwam het stukje tekst dat ik las zo erg binnen: ‘Volgens relatietherapeute Esther Perel gaan affaires niet over seks, maar over verlangen. Niet zozeer een verlangen naar een andere persoon, maar een verlangen naar een andere versie van onszelf, een verlangen om te ontsnappen aan de sleur van alledag, om te leven zonder handrem op.‘ Pfoe, recht in de roos, Perel.
Van vriendinnen weet ik dat ik lang niet de enige ben die ooit in een fijne relatie zat, maar toch werd overmand door het verlangen om je lusten te volgen, te begeren en begeerd te worden. Net die verlangens zijn in het katholieke geloof – dat een immense invloed had op onze huidige normen, waarden en relatievormen – des duivels. En ook al ben ik niet gedoopt, die schuld en schaamte over onze verlangens dragen we als samenleving mee. Vooralsnog ken ik geen sociaal aanvaarde manier om ermee om te gaan. Wat had ik Perels inzicht toen zelf graag gelezen. Hopelijk kan iemand nu wat milder zijn voor zichzelf en de woorden gebruiken als een tintenkiller op diens schaamvlek, voor je elk aan een ander verhaal begint te schrijven zoals wij, toen. Vergeving is tenslotte ook een deugd.
Arkasha
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier