Eiceldonatie is geen vrijblijvend initiatief. Het vraagt tijd en je moet een hormonale stimulatie ondergaan. Wanneer je eicellen gaat doneren wordt je lichaam gedeeltelijk voorbereid zoals bij in vitro fertilisatie. Je krijgt inspuitingen met hormonen die je eierstokken stimuleren zodat meerdere eitjes gelijktijdig rijpen. De groei van deze eitjes wordt opgevolgd met bloedtesten en echografie. De eitjes moeten op het juiste moment uit je eierstokken weggenomen worden, onder lichte verdoving met een klein pipetje via je vagina. Omdat eicellen niet ingevroren kunnen worden, bevrucht men ze meteen in het labo. Daarna wordt het bevruchte eitje in de baarmoeder van de moeder ingeplant. In de periode dat jij de stimulatie ondergaat, werd de baarmoeder van de moeder voorbereid. Bij de hormonale stimulatie kun je last hebben van spanning in je borsten, duizeligheid, misselijkheid, een opgezwollen gevoel. Er zijn enkele zeldzame verwikkelingen. Een daarvan is onvruchtbaarheid. Daarom word je best pas donor wanneer je kinderwens vervuld is. Anderzijds ben je best niet ouder dan 35 jaar, omdat het risico op afwijkingen met de leeftijd stijgt. Je betaalt als donor het remgeld voor de raadplegingen, de bloedonderzoeken en de echo’s, en na de donatie krijg je 750 euro gestort. Donor en ouders ontmoeten elkaar niet. Wanneer ouders zelf een donor aanbrengen, is er wisseldonatie: hun donor geeft een eitje aan een ander paar, zij krijgen een eitje van een hen onbekende vrouw. Je kunt je kandidaat stellen in de fertiliteitcentra van de universitaire ziekenhuizen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier