Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© VTM/ Gitte Lambrichts

'Het ziet er idyllisch uit, als je de dodelijke slangen en spinnen wegdenkt.’

Redactrice Eline vertelt hoe het is om te wonen op een Australische farm als die van boer Jan

Vier jaar geleden, zo’n vier jaar na boer Jan, pakte ik m’n rugzak en trok ik naar Australië voor een avontuur dat onbeschrijflijk zou blijken. In tegenstelling tot hem keerde ik na zes maanden terug naar mijn gewone Belgische leventje, maar niet voor ik had geproefd van the farm life dat hij voor altijd koos.


Na mijn afstuderen trok ik samen met een vriendin en een Working Holiday-visum in de aanslag naar de andere kant van de wereld. Na meer dan twee maanden in het enorme Sydney zochten we minder metropolische – een understatement van jewelste – oorden op. Zes uur verwijderd van de grootstad kwamen we in Warren, New South Wales terecht op een familieboerderij waar schapen gehoed worden voor hun wol. Zes uur rijden van Sydney, dus, maar volgens Google Maps slechts 3,5 uur van Edgeroi, waar de boerderij van Jan gelegen is. Een heel eind in onze ogen, maar voor een Australiër op het platteland bijna een buurgemeente te noemen.

Op Haddon Rig, de farm waar mijn reisgenote en ik anderhalve maand woonden, waren we verantwoordelijk voor de jackaroos, jonge mannen die de schapen hoedden. We kookten voor hen, poetsten hun vertrekken en deden hun boodschappen als waren we hun vervangmama’s. Maar ondanks de huishoudelijke klusjes hadden we vijf weken lang de tijd van ons leven.

Als ik de beelden van boer Jan in Australië bekijk, krijg ik nog steeds een krop in de keel.


Nergens zal je lievere, gastvrijere mensen vinden dan op het Australische platteland. Hoewel de familie Falkiner om de paar weken nieuwe backpackers in huis nam, werd alle moeite van de wereld gedaan om ons de echte Aussie experience te geven. We werden opgenomen in een superhechte gemeenschap die ondanks het feit dat ze letterlijk in the middle of nowhere woont, manieren vindt om het harde werkleven dat ze leiden, extra leuk te maken. Waterskiën op een meer op het erf, feestjes in de plaatselijke pub, barbecues bij de vleet, ritjes in de laadback van een truck door het magnifieke landschap en een echte Australische kerst in de hitte: we deden ervaringen op die we tot het einde van ons leven zullen navertellen. De enorme rust die je er ervaart, is bovendien geweldig. Als ik terugdenk aan die tijd of als ik de beelden van boer Jan in Australië bekijk, krijg ik nog steeds een krop in de keel.

Maar of ik er voor altijd voor zou kiezen? Dat is de vraag die ik me stel als ik zie dat maar liefst 789 Vlaamse vrouwen zich bereid toonden te verhuizen naar Australië nadat ze gehypnotiseerd werden door Jans blote bast. Begrijpelijk, want een leven op het Australische platteland ziet er idyllisch uit. Als je de dodelijke slangen en spinnen wegdenkt, that is. Zo stapte ik – na vele waarschuwingen van de gastvrouw dat ik niet met slippers buiten mocht lopen – op een avond op weg naar ons huisje bijna met mijn halfblote voet op een sissend serpent alvorens gillend weg te vluchten. Dat men mij had gezegd traag en kalm achteruit te stappen, was mijn Belgische brein even vergeten.

Feit is dat je je nergens verder verwijderd van de ‘echte’ wereld voelt dan op een enorm erf vanwaar je anderhalf uur moet karren om het eerste shoppingcenter te vinden, en waar je moet hopen dat je snel genoeg aan het dichtstbijzijnde – lees: ver verwijderde – ziekenhuis bent in het geval je gebeten wordt door een van de vele dieren op het land die je dood willen. Je moet een plattelandsmens pur sang zijn om een leven in België, waar je onmiddellijk overal bent en de rust van den buiten makkelijk inruilt voor een beetje bruisen in de stad, op te geven voor die constante rust.

Een leven op het Australische platteland ziet er idyllisch uit. Als je de dodelijke slangen en de spinnen wegdenkt, that is.


Daarnaast kom je in een totaal andere wereld terecht, een die eerlijk gezegd een beetje achterloopt. Heel wat dingen die er gezegd of gedaan worden, zouden in België niet door de beugel kunnen. Naast het homofobe en xenofobe gedachtegoed dat bij een deel van de samenleving sterk leeft, worden er verontrustende hobby’s op nagehouden. Zo werden we op een dag meegenomen op de favoriete vrijdagavondactiviteit van de jackaroos: pigging. Vanuit een truck zochten ze naar everzwijnen, die dan gevangen werden door een hond en met een mes gedood werden door een van de jackaroos. Voor het plezier, want na een overwinningskiekje lieten ze het bebloede dier gewoon liggen. Op weg naar het jachtuitje vonden de jackaroos het bovendien grappig om ons te horen gillen wanneer ze met opzet kangoeroes aanreden, want die zijn voor hen een pest. Het zijn dingen waar zij totaal geen graten in zien, ondanks het feit dat ze de grootste dierenvrienden lijken als je ze met hun hondjes bezig ziet. Het is moeilijk om iemand te veroordelen die zo opgroeide en dus nooit iets anders kende, maar wennen is het wel.

De laatste bedenking buiten beschouwing gelaten, waren die vijf weken farm stay een van de zaligste, zotste en beste ervaringen uit mijn leven. Maar voor altijd in de outback, met een verschrikkelijk lange vlucht van 24 uur tussen mij en mijn familie en vrienden? No thanks. Zélfs niet voor de bast van boer Jan.

Meer boer Jan:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' ' '