Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...

'Door de band genomen zie ik alleen nadelen aan die hele rit nog een tweede keer uitzitten.'

COLUMN: ‘Hoe vaak moet ik mezelf nog de vraag stellen of ik een tweede kindje wil?’



Columniste Nele werd bijna twee jaar geleden moeder. Hier vertelt ze alles wat je wil weten over dat moederschap: lichaamssappige verhalen van onvoorwaardelijke liefde, van snot tot natte prot.


Over een tweede


De eerste keer dat ik mezelf de vraag stelde of ik nog een kindje wilde, was toen ik tijdens mijn eerste zwangerschap misselijk boven de pot hing. Ik neigde op dat moment meer naar een ‘nee’ als antwoord op die vraag. Ik begreep werkelijk waar niet waarom vrouwen zichzelf dat leed meer dan één keer zouden aandoen. De onzekerheid! Het eindeloze wachten! De twijfels, ondanks de zekerheden! Zelfs die voluptueuze boezem gold niet als overtuigend argument voor mij: zonder die dolle zwangerschapshormonen had ik ook al een D-cup én zou ik mijn taille behouden. Nee. Die hele zwangerschap leek me geen reden om het nog een keer te doen. Integendeel.



De tweede keer dat ik mezelf de vraag stelde of ik nog een kindje wilde, was onmiddellijk na de bevalling. Een lieve verpleegster kwam mijn kraamverband verversen, meldde dat ze voor de zekerheid mijn slip met twee van die matrassen ging behangen en ik neigde op dat moment meer naar een ‘nee’ als antwoord op die vraag. Ik vond het dan wel erg voor die lieve verpleegster, maar voor mezelf vond ik het ook niet níét erg om zo hulpbehoevend te zijn. Het gevoel dat ik niet een kind maar een hele heftruck had gebaard, het bloed, de krampen, ik heb dat niet onthouden als zijnde pluspunten. De liefde voor dat kleine mensje dat ik net door mijn vagina gejaagd had was enorm, dat wel. Zo enorm zelfs dat ik het onmogelijk achtte dat die liefde ooit overtroffen of zelfs geëvenaard zou kunnen worden door het nog een keer te doen.

Door de band genomen zie ik alleen nadelen aan die rit nog eens uitzitten. En het grootste voordeel heb ik al gebaard, dat lukt me vast niet nog eens zo goed.


De derde keer dat ik mezelf de vraag stelde of ik nog een kindje wilde, was toen vriendinnen die rond dezelfde periode als ik bevallen waren opnieuw een kindje verwachtten. Er zijn er zelfs die lang ná mij zwanger waren en nu alweer twee kinderen gebaard hebben. Ik neigde op dat moment meer naar een ‘nee’ als antwoord op die vraag. Ik had echt nog niet het gevoel dat ik weer mezelf was of dat ik mijn lichaam van vroeger terug had. Op zich zijn dat geen voorwaarden om een tweede kind te krijgen, maar ik voelde dat ik toch nog wat werk aan mezelf nodig had. En tijd voor mezelf, misschien was het vooral dat.

De vierde keer dat ik mezelf de vraag stelde of ik nog een kindje wilde, was nadat de gynaecoloog mij die vraag had gesteld. Zij zat onder een volgspot met een eendenbek naar mijn baarmoeder te happen en ik neigde op dat moment meer naar een ‘nee’ als antwoord op die vraag, om voor de hand liggende redenen. Door de band genomen zie ik dus alleen nadelen aan die hele rit nog een tweede keer uitzitten. Het grootste voordeel heb ik immers al gebaard en dat zal me vast niet nog eens zo goed lukken. Alle andere halve keren tussen de vier voornaamste keren is mijn antwoord nochtans wel altijd ‘ja’. Telkens als ik een zwangere vrouw achteloos haar zwangere buik zie strelen, bijvoorbeeld. Of als ik foto’s bekijk van mijn dochter aan mijn borst. Of al die keren dat ik tussen mijn Instagramsuggesties niezende baby’s zie. Uiteindelijk weet ik niet hoe vaak ik mezelf de vraag moet stellen of ik nog een tweede kindje wil, om er ook effectief een sluitend antwoord op te vinden: ja dan nee. En dan nog zijn er geen garanties. Hoe dan ook, de volgende keer dat ik mezelf die vraag stel, moet ik misschien ook eens overleggen met mijn lief.

Meer columns van Nele:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '