
'Gamen hoeft niet gepaard te gaan met mentale of lichamelijke gezondheidsproblemen. Integendeel.'
4 redenen waarom videospelletjes spelen zelfs goed voor je kan zijn
Van videogames word je agressief en asociaal. Het is maar een van de vele uitspraken die ooit de ronde deden over gamen. Anno 2020 hebben videospelletjes echter een heuse imagoswitch gemaakt. Niet alleen bij gamers, maar ook bij wetenschappers die er uitgebreid onderzoek naar doen.
Gamen. Jarenlang had het een nerdy en ietwat verderfelijk imago. Die tijd lijkt voorgoed voorbij. Een nieuwe generatie game designers slaagt er zelfs in om videospelletjes te ontwikkelen die je heel wat vaardigheden voor het leven kunnen bijbrengen. Ook neuropsychiater Prof. dr. Theo Compernolle verdiepte zich in dit virtuele verhaal.
A new world
59 % van de jongeren gamet minstens één keer per maand. 1 op de 10 speelt elke dag videospelletjes.
Prof. dr. Theo Compernolle: ‘Lange tijd maakten mensen zich zorgen over de impact van het digitale speelgedrag van jongeren. Gamen kwam vaak in het nieuws, en dat vooral met negatieve boodschappen. Anno 2020 trekt de wetenschap steeds vaker andere conclusies. Videospelletjes worden steeds complexer en socialer, en worden daarom zelfs ingezet om leerdoelen te bereiken en kunnen – als ze in de juiste context gespeeld worden – bijdragen aan de ontwikkeling van bepaalde vaardigheden.’
It’s in the game
€ 100.000.000.000. Zoveel werd er vorig jaar uitgegeven aan games via PayPal.
Prof. dr. Theo Compernolle: ‘Elke dag in je eentje en zonder tijdslimiet op je kamer zitten gamen is geen aanrader. Maar als jij zelf baas bent over wanneer en hoelang je speelt, en je dat doet in sociaal verband met je (online) vrienden hoeft gamen niet negatief te zijn. Veel hangt ook af van het soort spelletjes dat je speelt. Oude of simplistische videospelletjes waarbij je alleen je duim aan het werk zet en die verder uitsluitend je impulsieve reflexbrein activeren, dragen weinig of niets bij. Steeds complexer wordende actiegames zoals first-person
shooters vragen daarentegen best wat werk van je abstracte denkbrein. Daardoor kunnen ze een positieve invloed hebben op cognitieve vaardigheden zoals ruimtelijk inzicht, probleemoplossend denken, het omgaan met falen, het geheugen en het analytische denkvermogen. Dat soort games zijn ook een goed onderwerp van gesprek waarrond
zowel virtuele relaties als reallife gesprekken met familie en vrienden ontstaan.’
‘Tot slot stimuleert het participatieve karakter van bepaalde games ook de creativiteit. In spelletjes waar je zelf levels of zelfs hele virtuele werelden moet opbouwen, gebruik je je creativiteit om zelf dingen te creëren, die te delen met vrienden en er feedback op te krijgen.’
What’s your status?
54 % van de gamers is mannelijk. 46 % van de virtuele speelvogels zijn vrouwen.
Prof. dr. Theo Compernolle: ‘Dat gamen vroeger vooral bekendstond als een hobby van adolescente jongens, maakte dat het vaak vergeleken werd met een testosteronbom waar gamende kerels agressief van zouden worden. De wetenschap steunt die verklaring niet. Eerst en vooral veroorzaakt een grote verhoging van testosteron op zich geen verhoging van de agressie. Wat testosteron wel doet bij de mens is het verhogen van de competitiedrang, van de motivatie om een hogere sociale status te bereiken of te behouden.’
‘De invloed op het gedrag hangt echter af van de sociale context. In een antisociale, fysiek agressieve leefomgeving zal een hoger testosterongehalte de kans op agressie verhogen. In een sociaal gerichte groep zal testosteron de neiging versterken om je positief-sociaal en fair te gedragen, zwakkeren te helpen en zo je prestige te verhogen. De manier waarop gamers hun sociale context ervaren is dus een erg belangrijke factor in welke impact hun gamegedrag heeft.’
Attention, please!
Ongeveer 7 % van de jongeren behoort tot de groep ‘risicogamers’. Zij spelen gemiddeld 23 uur per week.
Prof. dr. Theo Compernolle: ‘Dat alles betekent natuurlijk niet dat het goed is om je volledig in die virtuele wereld te verliezen. Het blijft een uitdaging om de grens in te schatten tussen een passionele hobby en het verliezen van controle. Is het een gezonde en leuke manier van online tijdsbesteding met andere mensen of is er sprake van een dreigende verslaving of een vlucht in de digitale wereld? Het Trimbosinstituut voor mentale gezondheid vat het als volgt samen: Spelen hoort bij een gezond leven, en digitaal spelen net zozeer.’
Gamen – ook frequent gamen – hoeft niet gepaard te gaan met mentale of lichamelijke gezondheidsproblemen. Integendeel. Hobbygamers roken, blowen en drinken minder vaak dan niet-gamende jongeren, ze spelen zo’n veertien uur per week en ervaren weinig problemen.’
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier