Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© Madhuri Mohite via Unsplash

In de podcast ‘Welcome to the AA’ vertelt An Lemmens openhartig dat ze worstelde met geslachtsteleurstelling.

OH BOY: alles wat je moet weten over gender disappointment

‘Als de baby maar gezond is’ wordt vaak gezegd, maar wat als je een voorkeur hebt voor een jongen, maar een meisje verwacht? Of omgekeerd? Dat fenomeen, het teleurgesteld zijn in het geslacht van je baby, heet gender disappointment. Herkenbaar of net helemaal niet? Dit is wat je erover moet weten.

In de nieuwste podcastaflevering van Alex Agnews ‘Welcome to the AA’ vertelt An Lemmens openhartig dat ze bij de komst van haar tweede kindje worstelde met gender disappointment. De presentatrice doorbreekt daarmee het taboe, want ze is heus niet de enige ouder die teleurgesteld was/is bij de bekendmaking van het geslacht. Psychologe Elisabeth Vink, die samen met haar collega Bianca Rozendaal de website Genderdisappointment.nl lanceerde, beaamt dat.

‘Gender disappointment of geslachts­teleurstelling is de benaming voor een gevoel van teleurstelling over het geslacht van je (ongeboren) kind. Het is geen diagnose of stoornis’, steekt Vink van wal. Zowel Elisabeth, mama van drie zonen, als haar collegaBianca, mama van vier zonen, kregen te maken met geslachts­teleurstelling. ‘Er rust een onnodig maatschappelijk taboe op, terwijl het in de praktijk veel vaker voorkomt dan we denken. Die teleurstelling is van alle tijden en culturen, en kan tal van redenen hebben.’

Waar komen die gevoelens vandaan?

Aan de ene kant geeft de maatschappij soms de bood­schap dat je gezin pas compleet is als je op z’n minst een jongen én een meisje hebt. Dan pas heb je die zo­ genaamde koningswens vervuld. Als een man bijvoorbeeld vertelt dat hij voor de vierde keer een dochter ver­wacht, krijgt hij een schouderklopje van zijn vrienden. Aan koppels die na twee of meer kindjes van hetzelfde geslacht opnieuw in verwachting zijn, wordt weleens de vraag gesteld of ze doorgaan om toch nog een jongen of meisje te krijgen. Maar tegelijkertijd word je meteen met afkeuring gecon­fronteerd als je zegt dat je zelf gevoe­lens van teleurstelling ervaart.’

‘Mensen die ermee worstelen, schamen zich vaak en voelen zich schuldig.’

‘Hoeveel vrouwen en mannen dergelijke gevoelens ervaren, is moeilijk te zeggen. Het fenomeen werd immers nog niet wetenschappe­lijk onderzocht en bovendien zijn er verschillende gradaties. Zo zijn er men­sen die gewoon even moeten slikken wanneer ze vernemen dat ze bijvoor­ beeld een meisje krijgen, maar zijn er evengoed mensen die helemaal van slag zijn en alles daartussenin. Het is een dubbel verhaal.’

Mogen we wel teleurgesteld zijn over het geslacht van een (ongeboren) kind, wetende dat het voor heel wat mensen niet vanzelfsprekend is om kinderen te krijgen?

‘”Wees blij dat je tenminste kinderen kan krijgen” is een van de reacties die het vaakst voorkomen. Ik begrijp dat standpunt, want ik heb ook zorgen om vruchtbaarheid gekend en ben een kindje verloren tijdens de zwanger­schap. Als je op zo’n moment verneemt dat sommige mensen teleurgesteld zijn omdat ze bijvoorbeeld geen meisje krijgen, komen je haren recht te staan. Laat me duidelijk zijn: geslachtsteleurstelling is een gevoel dat qua zwaarte niet vergelijkbaar is met geen kinderen kunnen krijgen of een kind verliezen, al is het wel iets waar men intens verdrie­tig om kan zijn. Mensen die ermee worstelen, schamen zich vaak en voelen zich schuldig. Ze vragen zich af waarom ze niet dankbaar genoeg kun­nen zijn en of ze wel genoeg van hun kind houden.’

Als je teleurstelling omtrent het geslacht ervaart, wil dat niet zeggen dat je een slecht mens bent of niet van je kindje zal houden.


‘Als je vanuit de maat­schappij en je omgeving ook nog eens signalen krijgt dat je een slechte ouder bent omdat je die gevoelens ervaart, wordt het zelfverwijt nog groter. Net dat maakt het moeilijk om het verdriet te verwerken. Bij andere vormen van verdriet kan je wél steun krijgen van je omgeving, terwijl je er bij dit type ver­driet soms helemaal alleen voor staat. Maar voor bijna elk verdriet bestaat wel een verdriet dat nog veel groter is. Toch heeft iemand met een relatief kleiner verdriet net zo goed baat bij een arm om zich heen. We willen met onze website zowel zorgverleners als (toe­komstige) ouders en hun omgeving handvatten geven om zo goed mogelijk met die gevoelens om te gaan.’

Hoe deal je er dan precies mee?

‘Eerst en vooral: accepteer dat je voelt wat je voelt. Je hebt niet voor die ge­ voelens gekozen en je kan die niet weg­ toveren, hoe graag je dat ook wil. Als je gevoelens van teleurstelling omtrent het geslacht ervaart, wil dat niet zeg­gen dat je een slecht mens bent. Het betekent al zeker niet dat je niet van je kindje zal houden. Het is belangrijk om te beseffen dat het verdriet om het kindje dat je niet hebt en de liefde voor het kindje dat je hebt of ver­wacht, twee verschillende dingen zijn. Het ene hoeft het andere niet in de weg te staan. Praat over je gevoelens met iemand die je vertrouwt. Bij sommigen verdwijnt het verdriet al tijdens de zwangerschap of zodra hun kindje geboren is, bij anderen gebeurt dat pas later of misschien nooit helemaal. Je gevoelens zullen hoe dan ook metter­tijd veranderen. Geef jezelf de tijd daar­ voor en wees mild voor jezelf.’

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' ' '