Maya heeft geld geërfd van haar grootouders en besloot daarmee haar droom na te jagen: haar saaie kantoorjob opgeven en een koffiebar beginnen. Die lijkt voorlopig goed te draaien. Alleen in de liefde loopt het wat minder. Of komt daar binnenkort verandering in?
‘Natuurlijk was het een date’, zegt Iris. ‘Maar we hebben alleen nog maar gepraat over hoe ik m’n bar uitbaat. Urenlang wel.’ ‘Wat kan je daar nu urenlang over vertellen?’ ‘Hoe ik de aankleding heb gekozen, of ik ook niet-gasten naar het toilet laat gaan, met welke firma’s ik heb samengewerkt...’ ‘Echt sexy gesprekken dus’, zegt Iris lichtjes ironisch. ‘Maar misschien was hij gewoon bang voor pijnlijke stiltes en stelde hij daarom zoveel vragen.’ ‘Mmm, wie weet’, zeg ik. ‘Maar je begrijpt waarom ik twijfel aan zijn interesse.’ ‘De tijd zal het uitwijzen. Je moet het maar proberen te zien als spannend.’ ‘Ik zie het als frustrerend. Het zou spannend zijn als mijn ervaringen met mannen wat positiever waren. Maar meestal draait het toch maar uit op een ontgoocheling. Hoe dan ook, ik moet gaan werken.’
‘Benieuwd of hij vandaag langskomt. Heb je zijn naam al?’ ‘Ik heb zelfs zijn telefoonnummer niet.’ ‘Heb je dat niet gevraagd?’ ‘Ik wachtte een beetje af of hij het mijne zou vragen, maar dat deed hij niet.’ ‘Hij weet je natuurlijk te vinden.’ ‘Ja, eigenlijk een eng idee dat hij exact weet waar ik ben tijdens bepaalde uren. En hij weet me nog wonen ook. Ik vind hem leuk, natuurlijk, maar stel je voor dat de date heel erg was misgelopen en ik hem een creepy vent had gevonden…’ ‘Gelukkig is het goed uitgedraaid. Soit, ik zal maar eens beginnen te poetsen’, zegt Iris, want het is zaterdag en zij heeft vrij, terwijl ik vandaag moet werken. ‘App me als er iets spannends gebeurt. Al was het maar om me een excuus te geven om even te stoppen. Laat het ook weten als hij langskomt, zodat ik hem stiekem kan bekijken.’ ‘O nee, dat stuur ik niet naar je.’ ‘Wat? Waarom niet? Ik wil hem zien, die geheimzinnige man van je.’ ‘Nee, want jij hebt altijd wat aan te merken. Bovendien word ik me veel te bewust van mezelf als jij in de buurt bent terwijl ik met hem praat. Ik ben al nerveus genoeg zonder dat je me op de vingers kijkt.’ ‘Dan kom ik sowieso af en toe eens kijken.’ ‘Je weet zijn naam niet en je weet niet hoe hij eruitziet, dus veel zal er niet te zien zijn.’ ‘Verdorie, ik zal wel moeten poetsen, hè.’ ‘Als je écht een pauze wil nemen, kan je altijd naar de supermarkt gaan.’ ‘Ja, haha, dank je wel, hoor’, zegt ze, en ze steekt haar tong uit.
Eigenlijk is het een eng idee dat hij exact weet waar ik tijdens bepaalde uren ben. En hij weet me nog wonen ook.
Het is sowieso de onuitgesproken afspraak dat Iris op zaterdag naar de supermarkt gaat. Ik ga dan nog een keertje tijdens de week vóór ik de zaak open. We proberen een mooi evenwicht te vinden tussen samenwonen en de dingen makkelijker maken voor ons allebei, en toch ook apart wonen en beiden ons eigen leven leiden. Ik heb het gevoel dat we dat wel hebben gevonden en ik hoop dat Iris er ook zo over denkt. ‘Wil je vanavond samen koken?’ ‘Is goed. Pokébowls?’ ‘Mmmm, ja’, zeg ik. Het is een van onze go-to-recepten omdat het makkelijk genoeg is voor twee mensen die niet zo goed kunnen koken, fastfoodachtig genoeg om als een traktatie te voelen en gezond genoeg om erna nog dessert te kunnen eten zonder schuldgevoel. ‘Ik moet me haasten. Tot straks’, zeg ik.
Omkopen met een koekje
Omdat ik de zaak om tien uur open en ik telkens ’s avonds na het werk al alles schoonmaak en de koelkasten aanvul, kan ik relatief lang slapen. Dat is heerlijk, maar dat gevoel van vrijheid zorgt er ook voor dat ik soms iets té relaxed ben en de tijd wat uit het oog verlies. Als ik beneden in de zaak kom, staan er al enkele mensen voor de deur. Ik kijk even op m’n telefoon en zie dat ik drie minuten te laat ben. ‘Sorry’, mompel ik terwijl ik ze binnenlaat. ‘Geen probleem’, zegt de man. ‘Het is toch mooi weer.’ De vrouw zegt niets, ze is blijkbaar iets minder vergevingsgezind. Ze zetten zich aan een tafeltje en klappen hun laptop open. ‘Weten jullie al wat jullie willen drinken?’ vraag ik. ‘Mag ik misschien eerst even de kaart zien?’ snauwt de vrouw. ‘Wij hebben geen kaart’, zeg ik. ‘Alles wat je kan krijgen, kan je zien op de muur boven de bar. Kijk maar rustig, dan kom ik zo meteen even terug.’ De man kijkt een beetje gegeneerd. Ik weet niet of ze een koppel zijn dat iets praktisch moet regelen of collega’s die hier hebben afgesproken voor een meeting, maar de vibe tussen hen is niet echt ideaal.
Terwijl ik verder werk, vraagt een stem: “Kan ik helpen?” Ik herken ze nog voor ik opkijk. Daar staat hij.
Omdat enkel de smaak van de limonade elke week anders is, heb ik een grote krijtmuur achter de bar geverfd waarop de koffie, thee en wijn, die de vaste kaart vormen, permanent geschilderd zijn en waarop ik elke week de limonade met krijt bij schrijf. Daarvoor moet ik telkens op een barkruk gaan staan, en dat vind ik behoorlijk eng, maar een eigen zaak beginnen was nog veel enger en het is nog altijd de beste keuze die ik ooit gemaakt heb. Ik zie hen kijken naar het bord, en als ze zich weer naar hun laptop draaien, ga ik naar hun tafeltje. ‘Wat mag het zijn?’ ‘Een gewone koffie voor mij’, zegt de man. Hij zegt het aarzelend, alsof het een saaie bestelling is. Ik herken het, want soms zeggen mensen het er zelfs letterlijk bij. ‘Ik ga saai doen, geef mij maar een gewone koffie.’ Maar zo zie ik het niet, integendeel. Voor mij zijn zij net de échte koffieliefhebbers, die genieten van de pure smaak. Het zijn net de mensen die melk en smaakjes en siroopjes in hun koffie willen die volgens mij niet echt van koffie houden. Al drink ik die variaties zelf ook weleens graag. Maar eerder als een dessert dan echt als koffie. ‘Voor mij een latte karamel’, zegt zij. Ik knik, maak de drankjes, leg er een extra koekje bij en zeg: ‘Deze zijn van het huis.’ Ze kijken me allebei verbaasd aan. ‘Voor het wachten’, zeg ik. ‘O, dat hoeft toch niet’, zegt hij. ‘Dank je’, zegt zij op hetzelfde moment, met een houding alsof het niet meer dan normaal is dat ze een extraatje krijgen. Ik hoop écht dat ze geen koppel zijn. Maar goed, ik kan me geen slechte mond-tot-mondreclame of reviews veroorloven, dus probeer ik klanten altijd zo goed mogelijk te paaien. Mensen schrijven nu eenmaal sneller een review als ze boos zijn dan wanneer ze gewoon een goeie ervaring hebben gehad.
Kijk eens wie daar is
Intussen stromen ook de andere gasten binnen. Voor ik het weet, is het middag. Het vergaderende koppel gaat weg, en hun tafeltje wordt al snel ingenomen door iemand anders. Ik zou hen zeker kunnen missen als klanten, maar ik heb gewoon graag het idee dat ik mensen een goed gevoel heb gegeven en dat ze zich gezien voelen en niet gewoon een van de vele passanten. ‘Hey Myrthe’, zeg ik als ze binnenkomt. ‘Tien minuten te vroeg?’ ‘Ja, maar ik zou later geweest zijn als ik niet zo dringend moest plassen’, zegt ze terwijl ze van het ene been op het andere huppelt. Ik moet lachen omdat ik haar eerlijkheid zo zalig verfrissend vind. ‘Ga maar snel dan.’ Ze gooit haar handtas op de grond en haast zich naar het toilet, dat we delen met de gasten. Ik had liever een eigen toilet gehad omdat niet iedereen even proper is, maar dat zou nog meer poetswerk betekenen, en zo vaak gebruiken we die wc nu ook niet op een dag. Terwijl ik verder werk en hoop dat Myrthes blaas snel leeg is omdat ik er niet aan toe kom om de tafels af te ruimen, vraagt een stem: ‘Kan ik helpen?’ Ik herken die stem nog voor ik opkijk en kon niet blijer zijn. Want daar staat m’n date van gisteren.
Lees elke woensdag en zondag op Flair.be hoe Maya haar koffiebar én liefdesleven draaiende probeert te houden.