Voor jou als hotelgast is je kamer een oase van rust, luxe en privacy. Maar terwijl jij er zen in wordt, moet iemand anders die ruimte schoonhouden, namelijk het housekeeping-team. Jij ziet hen misschien zelden, maar zij weten wel een en ander over jou. Dat je bijvoorbeeld een vies, vuil zwijntje bent of dat je wel héél eigenaardige spullen in de minibar bewaart…..
Een hotelkamer ziet er altijd ongeveer hetzelfde uit: een strak opgemaakt bed, een glanzende badkamer, kraakverse handdoeken en minizeepjes die keurig in een schaaltje liggen… Maar wat we als hotelgasten soms vergeten, is dat er mensen van vlees en bloed verantwoordelijk zijn voor die vlekkeloze setting: het kamerpersoneel – of housekeeping, zoals ze officieel heten. Zonder hen zou geen enkele gast z’n kamer met een goed gevoel betreden. En toch weet bijna niemand wat hun job écht inhoudt op dagelijkse basis. De dag van een housekeeper begint al vroeg. In veel hotels start de werkdag om zes of zeven uur ’s ochtends, en dan ligt er al meteen een flinke takenlijst te wachten. Tientallen kamers moeten in één dag worden schoongemaakt, en voor elke kamer is er vaak maar tien tot twintig minuten tijd. Dat klinkt al pittig, maar het wordt nog indrukwekkender als je beseft wat er allemaal in die korte tijd moet gebeuren: bedden strippen en opnieuw opmaken, handdoeken verschonen, badkamers doen blinken, spiegels oppoetsen, vuilnisbakken legen, glazen afwassen of vervangen, stofzuigen, stof afnemen en checken of er niets stuk of vergeten is. Alles moet er net zo perfect uitzien voor jou als gast als voor de koning en de koningin.
Een paar van de vaakst voorkomende oorzaken van een verstopte wc? Make-updoekjes, maandverband, tampons…..
Elke dag duwt housekeeping bovendien linnenkarren van tientallen kilo’s door lange gangen. Ze tillen matrassen op, schrobben badkamers, lopen trappen op en af en halen met gemak hun tienduizend stappen per dag. En dat meestal allemaal zonder dat iemand zelfs doorheeft dat ze bestaan. Ze zijn dan ook altijd discreet, professioneel en kalm, zelfs als ze geconfronteerd worden met bizarre vondsten of onze soms ronduit ranzige gewoontes. Behalve vandaag, tenminste, want nu klappen ze voor één keertje uit de biecht. Hoe netjes een hotelkamer er op het eerste gezicht ook uitziet, wat zich er afspeelt wanneer de deur gesloten is, hou je soms niet voor mogelijk. Buckle up, en denk bij je volgende hotelbezoek nog eens terug aan deze verhalen van housekeeping.
‘Als ik het voor het zeggen had, zou naast sigaretten ook kauwgom verboden zijn in hotelkamers. Hoe vaak ik die vuiligheid al van tafels, stoelen, lakens en zelfs een keertje van de muur heb moeten schrapen… Alsook: als ik ooit een andere job wil zoeken, kan ik misschien nog solliciteren als loodgieter. Wc’s ontstoppen? Dat heeft geen geheimen meer voor mij. En het zijn heus niet altijd mannen die het te bont maken. Een paar van de vaakst voorkomende oorzaken van die verstoppingen? Make-updoekjes, maandverband, tampons…’
‘Ik heb als kamermeisje eens een week een “bijbaantje” gehad. Er waren Indonesische gasten die geen Nederlands spraken, dus vroegen mijn collega’s van het onthaal mij om voor hen te tolken. Ik vond het leuk om me ook eens op een andere manier te kunnen bewijzen, en het leverde me een mooie fooi op ook.’
De hotelgast had de kak die op de grond én aan de muren hing, proberen op te kuisen met de handdoeken van het hotel. De geur was niet te harden.
Het is al ongelofelijk genoeg als het je één keer overkomt, maar ik heb in mijn loopbaan bij housekeeping intussen al drie keer de uitwerpselen van hotelgasten moeten opkuisen. Eén keer ging het er echt helemaal over. Die dag heb ik echt gehuild. De hotelgast in kwestie had de kak die op de grond én aan de muren zat, proberen op te kuisen met de handdoeken van het hotel. De geur was gewoonweg niet te harden. Ik ging echt over m’n nek. Je kan je niet
voorstellen hoe machteloos en wanhopig ik me op dat moment voelde, omdat ik degene was die – helaas letterlijk – de shit van een ander moest opruimen. We hebben de kamer uiteindelijk gepoetst en gedesinfecteerd met mondmaskers aan, maar zelfs dan nog was het met stip de ergste dag op mijn werk ooit. Die handdoeken en al het materiaal dat we gebruikten, hebben we daarna gewoon weggegooid. De kamer is een week buiten gebruik geweest, omdat die vreselijke geur niet zomaar weer wegtrok uit de badkamer. Het was echt afschuwelijk.’
‘Ik heb tijdens het opmaken van een bed eens een doosje met daarin een prachtige verlovingsring gevonden, verstopt in de kussensloop. Ik vond het zo cute te weten dat de vrouw in die kamer een geweldig moment te wachten stond. Het is echter niet meteen de beste of veiligste plek om zoiets kostbaars te verstoppen, als je ’t mij vraagt.’
‘Geloof me, eigenlijk wil je het allemaal liever niet weten. Ik heb bijvoorbeeld eens een onderbroek in een waterkoker gevonden. Sommige mensen gebruiken die blijkbaar ook als miniwasmachine. Walgelijk en meteen de reden waarom ik dat soort toestellen in hotelkamers zelf nooit gebruik.
Ik veegde de restjes cocaïne van het nachtkastje, terwijl die gasten gewoon nog een paar dagen in ons hotel verbleven. Zero fucks given.
‘Ik was een kamermeisje in het hotel van een groot pretpark. Op een dag was ik een bed aan het opmaken, toen ik door iets venijnigs geprikt werd. Ik schrok me rot, en al helemaal toen ik tussen de lakens een kleine naald vond. Dat zorgde voor grote paniek. Ik moest van mijn werkgever meteen naar het ziekenhuis voor onderzoek, maar uiteindelijk bleek er gelukkig niet veel aan de hand. Ik was oké, en de naald bleek van het kindje van hetstel te zijn dat in de hotelkamer verbleef. Dat kleintje had diabetes, en tijdens het prikken moet het naaldje verloren geraakt zijn zonder dat ze het gemerkt hadden.’
‘Ik ga er niet om liegen: soms is het een rotjob. Het is hard werken, het verdient niet geweldig en je ziet ranzige dingen. Maar er zijn ook fantastische hotelgasten die lieve dankwoordjes, cadeautjes of mooie fooien achterlaten. Die maken dan weer goed wat de zwijnen verpesten.’
‘Sommige hotelgasten vergeten volgens mij gewoon dat wij bestaan. Zo heb ik in een kamer eens de restjes cocaïne van het nachtkastje moeten vegen, terwijl die gasten gewoon nog een paar dagen in ons hotel verbleven. Zero fucks given. Ik laat zulke dingen gewoon voor wat ze zijn, want ik wil geen gedoe.’
‘In een hotel waar ik vijftien jaar werkte, kwam elk jaar hetzelfde koppel op vakantie. Ze waren al op leeftijd, maar zagen er nog altijd heel gelukkig uit. Ze waren ook supervriendelijk, verzorgden hun kamer goed en toonden steeds hun dankbaarheid. Na heel veel jaren arriveerde de vrouw van dat koppel op een dag met een andere vrouw in het hotel in plaats van met haar man. Ze was een goede vriendin die met haar meereisde, omdat
haar man dat jaar blijkbaar overleden was. Dat raakte me toen echt. Ik heb die vakantie elke dag een paar extra snoepjes op haar kussen achtergelaten. Het was niet veel, maar het was mijn manier om mijn deelneming te tonen.’
‘Ik vond een onderbroek in een waterkoker. Sommige mensen gebruiken die blijkbaar als miniwasmachine.’
‘Bij het aanvullen van de minibar heeft er eens een glazen dildo in de koelkast gezeten. Dat is toch wel het zotste dat ik er ooit in heb gevonden.’
‘Niet alle hotelgasten zijn onuitstaanbaar. Ik heb ooit het enorme geluk gehad om honderd euro fooi te krijgen van een man aan het einde van zijn verblijf. Dat was meer dan wat ik normaal gezien op een dag aan loon overhou.’
Lees ook: