Flaircolumniste Nele is moeder van een peuter en een kleuter. Hier vertelt ze alles wat je wil weten over dat moederschap: lichaamssappige verhalen van onvoorwaardelijke liefde, van snot tot natte prot.
De bel ging en aan onze voordeur stonden twee bereide ijskoffietjes in plastic bekertjes. Er lag een briefje bij waarop stond: ‘2 more days…’ Ik wist meteen wat het was: een boodschap van hoop in cafeïnevorm. Ik bevond me ergens in het niemandsland tussen ‘overleven’ en ‘vakantie’, op dag zes, om precies te zijn. En die dag voelde tegelijk als iets om trots op te zijn en iets om nog even vol te houden.
De kinderen hadden die ochtend al ruzie over wie met welke kleur autootje mocht spelen en ik had net ontdekt dat er geen brood meer was. Die twee bekertjes aan de deur waren dus ijskoude, hartverwarmende vriendschap in vloeibare vorm. Die middag kwam er ook een vriendin langs. Ze is een van de weinige mensen die niet vraagt of we genieten van de vakantie, maar gewoon kijkt, knikt en zegt dat het allemaal toch wel veel is. Ze bracht geen speelgoed mee, geen tips of vrolijke Pinterest-knutselideeën. Ze was er en dat bleek meer dan genoeg.
’s Avonds, toen iedereen eindelijk sliep of deed alsof, zag ik dat ze in potlood iets had bijgeschreven op het briefje dat ’s morgens bij de koffietjes lag: ‘Jullie halen het.’ Ik moest opnieuw lachen. En slikken, want ze had gelijk. We halen het, maar net.
Vakantie met een hoofd zoals het mijne en kinderen met hoofdjes zoals die van hen, is namelijk niet bepaald om van te genieten. Noch is het ontspannend. Het is iets met verschillende handleidingen waarvan altijd wel een paar pagina’s ontbreken en het is constant schakelen tussen geluk, overprikkeling en emoties die alle kanten op gaan. Inclusief die van mij. Tijdens vakanties tellen wij daarom meestal de mooie momenten op, maar de dagen af. Niet omdat we niet dankbaar zijn, want dat zijn we wel. Maar we kunnen immers ook tegelijk dolgelukkig en compleet uitgeput zijn. Dat kan iedereen en dat is blijkbaar ook een vorm van evenwicht.
Die kleine tekens van herkenning, zoals die twee bekertjes ijskoffie en dat zinnetje in potlood, zijn de dingen die ons overeind houden. Het helpt om vrienden te hebben die niet doen alsof het allemaal makkelijk is, maar gewoon even mee ademen. Die zien dat er naast de mooie momenten ook moeilijke momenten staan. Het helpt dat ze durven te kijken en op hun manier even mee dragen.
Het briefje hangt nu op ons prikbord, tussen een boodschappenlijstje, een tekening van een regenboog en een portret van mezelf met een bedenkelijke blik, getekend door mijn dochter, die gelukkig wel een lachend mondje heeft. Het is er een klein relikwie geworden, een reminder dat we het altijd wel halen, hoe dan ook. Misschien moeten we dus maar vaker zulke briefjes achterlaten bij elkaar. Of een koffietje. Een teken dat je de ander ziet of dat je weet dat het veel is en dat ze het wel weer halen.
Daarom deze boodschap voor iedereen die zelf even het gevoel heeft dat-ie het niet haalt. Pak er een koffietje bij en lees mijn briefje: ‘Jij haalt het ook. Echt.’
Lees ook: