Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
lijstje

‘”Opstaan”, bijvoorbeeld. Of “lijstje maken”. Dan kan ik tenminste iets afvinken.’

‘Soms maak ik een lijstje met taken die ik al gedaan heb’

Chloë Foubert
Chloë Foubert Modejournalist

Columniste Nele is moeder van een peuter en een kleuter. Hier vertelt ze alles wat je wil weten over dat moederschap: lichaamssappige verhalen van onvoorwaardelijke liefde, van snot tot natte prot.

Op mijn bureau ligt een lijstje. Of vier. Op mijn telefoon zijn dat notities. En in mijn hoofd zijn het een soort van gedachten die allemaal over elkaar struikelen. In mijn notitieboekje is het vaak maar één pagina met één lijstje omdat ik simpelweg niet verder geraak. Ik maak die lijstjes om grip te krijgen. Op mijn dag, mijn hoofd en mijn leven, als dat even kan.

Want wanneer de was, de deadlines en mijn kinderen allemaal tegelijk om aandacht roepen, terwijl ik ook wil onthouden dat ik retours naar het postkantoor moet brengen, is zo’n lijstje mijn poging tot overzicht. Alsof ik het even vast kan pakken. Alsof ik door het op te schrijven ook controle krijg over wat ik moet doen. Of tenminste over waar ik moet beginnen.

En toch werkt dat lijstjes-systeem niet. Ik schrijf vijftien dingen op die ik zogezegd vandaag wil of moet doen, ook al weet ik al bij punt drie dat het niet realistisch is. Zeker niet in combinatie met mijn tijdsblindheid en het soort kinderen dat plots een existentiële crisis kan krijgen over de kleur van hun tandenborstel. En toch schrijf ik alles op. Omdat ik oprecht denk dat het me wel lukt, zolang het maar op dat lijstje staat.

Soms maak ik zelfs een lijstje met taken op die ik al gedaan heb. ‘Opstaan’, bijvoorbeeld. Of ‘lijstje maken’. Dan kan ik tenminste iets afvinken. En dan is er nog die andere lijst. De lijst die niet zichtbaar is, maar altijd meespeelt. De lijst in mijn hoofd zonder structuur, volgorde of logica. Een mierenhoop van ‘Ik moet eigenlijk ook nog…’ en ‘Moest ik nu niet…’.

Het ergste lijstje is dan weer datgene waarop ik leuke dingen moet zetten omdat ik ze anders vergeet. ‘Een wandeling maken’, bijvoorbeeld. ‘Even een koffie drinken in de zon’. Dat móét op een lijstje, anders sla ik het over. En als ik dan aan het eind van de dag zie dat ook dát niet gelukt is, dat zelfs de dingen die me energie zouden geven ergens tussen de plooien zijn verdwenen, voel ik me schuldig. Alsof ik niet alleen de hele wereld, maar ook mezelf tekortdoe.

Ik weet ondertussen dat het iets met mijn ADHD te maken heeft. Dat plannen en structureren energie vraagt die ik op sommige dagen niet heb of liever in andere dingen steek. Maar het voelt soms zo krom dat ik moet plannen om te ontspannen. Dat ik pauze nemen op een to-dolijst moet zetten, met daarnaast een leeg vakje dat wacht om afgevinkt te worden.

Het liefst leef ik nog zonder lijstjes en doe ik gewoon wat ik denk dat ik moet doen. Maar zo’n dag eindigt meestal in een supermarkt zonder winkelkar, maar met honger, een kind te weinig en het gevoel dat ik iets essentieels vergeten ben. Boter, bijvoorbeeld. Of dat kind.

Die lijstjes zijn daarom tegelijk mijn redding en mijn ondergang. Ze helpen me om met taken te starten, om dingen niet te vergeten en soms om een gevoel van controle te krijgen. Maar ze duwen me ook naar een staat van efficiëntie en perfectie, naar een versie van mezelf die vooralsnog alleen op papier bestaat, in de vorm van een lijstje.

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '