Toen ik 17 was, droomde ik van blauw haar. Ik las Japanse mangastrips en was geobsedeerd door Bleach, de Londense cultkapper die Britse hipsters van felle lokken voorzag. Helaas woonde ik niet in Londen, maar in Brasschaat, waar de plaatselijke kapster net geen acute hartaanval/haaruitval kreeg toen ik vroeg naar blauwe verf: 'Dat hebben wij niet, juffrouw.' Toen ik 23 was, droomde ik van een ombré. Het was 2012 en alle celebs hadden hun haarpunten in de highlights gezet. Ik dus terug naar de kapper, met hetzelfde resultaat: 'Dat kennen wij niet, juffrouw.' In mijn dorp heette een ombré toen nog gewoon 'uitgroei'.
Toen ik 24 was, nam ik het heft in eigen handen. Het is te zeggen, die van een vriendin. We kochten een bus verf en I. masseerde mijn hoofd tot bruin plaatsmaakte voor vlammend rood. De rest is hairstory, en tóch bleef mijn innerlijke 17-jarige dromen van ’n blauwe haardos. Nu ik 28 ben, is de wereld veranderd. Meisjes met lila laagjes en mosgroene mèches kleuren het straatbeeld. Zelfs de Brasschaatse kappersgilde heeft al van unicorn en mermaid hair gehoord. De trends zijn zo mainstream geworden dat ik mijn oude haarwens haast vergeten was.
'Wat mag het zijn?' vroeg ze, alsof regenbooghaar even gewoon was als een bestelling bij de beenhouwer.
Tot ik op een avond plots oog in oog stond met een blauwe spuitbus. Een Italiaans badmodemerk gaf een feestje en tussen de borden antipasti en pizza spotte ik ook een beautykraam. De make-upartieste van dienst voorzag al wie dat wilde voor één nacht van sprookjeshaar: roze vlechten, turkooizen dipdyes, de ene creatie nog mooier dan de andere. Misschien verraadde de twinkeling in mijn ogen een verlangen uit vervlogen tijden, maar voor ik het wist, duwde ze me op een klapstoeltje en drapeerde ze een kapmantel over mijn schouders. 'Wat mag het zijn?' vroeg ze, alsof regenbooghaar even gewoon was als een bestelling bij de beenhouwer.
'Misschien blauw?' antwoordde ik, twijfelend of ik nu niet te oud was voor zo’n smurfencoupe. De visagiste vond van niet en nam de spuitbus ter hand: een dikke streep blauw bovenop mijn kruin, gevolgd door een handjevol glitters. 'Voilà, blue glitter roots!' Het klonk beter dan het eruitzag. In plaats van blauw haar had ik een blauwe uitgroei met glitters die er meer als pellen uitzagen. In de spiegel stond geen Bleach-girl of animeheldin, maar een hopeloze wannabe. De moraal van het verhaal? De meeste jeugddromen zijn bedrog en aan kleurexperimenten doet yours truly niet meer mee. Tenzij je haar drie keer na elkaar met Head & Shoulders wassen telt.
Deze column verscheen in Flair op 6 juni 2017.
Vorige columns van Catherine:
- COLUMN: 'Toen ik hem zag, sprong ik een gat in de lucht en vluchtte ik naakt richting gang'
- COLUMN: 'De eeuwenoude vraag "Wat was er eerst, de pil of mijn vraatzucht?" heb ik nog steeds niet beantwoord'
- COLUMN: 'Ik besta al drie keer langer zónder hem dan met hem'
Lees alle columns van Catherine op flair.be/columncatherine.