Alicja Zarowska (29) is arts-specialist in opleiding in de plastische chirurgie en is een van de artsen die gevolgd wordt in ‘Topdokters van Morgen’. ‘Esthetische plastische chirurgie durft naar mijn eigen mening soms wat te ver te gaan. Het moet anatomisch correct blijven’, vertelt ze.
Alicja zit in het vijfde jaar van haar acht jaar durende specialisatietraject. Ze staat onder supervisie van dokter Vrints en dokter De Roeck. Samen voeren ze verschillende ingrijpende operaties uit: van borstreconstructies na een kankerbehandeling tot het reconstrueren van ledematen na een zwaar ongeval. ‘Ik wist al vroeg tijdens mijn opleiding Geneeskunde dat ik iets heelkundig wilde doen. Toen ik in de operatiezaal stond, voelde ik meteen dat dit m’n habitat is.’
Je bent gespecialiseerd in plastische chirurgie, vanwaar die specialisatie?
‘Ik deed eigenlijk heel toevallig stage bij een plastische chirurg, ik kwam via kennissen bij hem terecht. Dat viel zodanig goed mee dat ik besloot daar ook in verder te gaan. Je ziet namelijk onmiddellijk resultaat na je ingreep. Je kan ook overal op het lichaam, letterlijk van top tot teen, werken. Je doet grote ingrepen, maar ook microchirurgie. Je hebt zowel jonge als oudere patiënten en je hebt reconstructieve én esthetische plastische chirurgie. Dat alles maakt het een heel gevarieerde specialisatie en daar hou ik van.’
Doe jij zowel reconstructieve als esthetische plastische chirurgie?
‘Zeker. In onze opleiding komen we meer in contact met reconstructieve plastische chirurgie omdat dit ook meer in de ziekenhuizen gebeurt en het is vooral daar dat mijn interesse ligt. Ik vind het geweldig om mensen terug een normaal leven te geven na een ongeval of ziekte. Maar ik vind esthetische plastische chirurgie ook interessant en uit deze tak leer ik ook soms technieken die ik kan gebruiken bij reconstructies.’
Slaat de weegschaal soms een beetje te veel de verkeerde kant uit met esthetische plastische chirurgie?
‘Esthetische plastische chirurgie durft naar mijn eigen mening soms wat te ver te gaan. Het moet anatomisch correct blijven. Ik zie soms dingen op sociale media waarvan ik denk: o my god! In ziekenhuizen krijgen we gelukkig zelden absurde vragen.’
Zou je zelf plastische chirurgie overwegen of heb je het al gedaan?
‘Ik heb het zelf nog niet gedaan. Moest ik me echt anatomisch aan iets storen zoals sommige vrouwen die echt nek- en ruglast krijgen door te grote borsten, dan zou ik me zeker niet schamen om onder het mes te gaan. Ik kan me ook voorstellen als ik nog een paar keer zwanger ben dat ik nadien wel wat huidoverschot zou willen laten corrigeren.’
Esthetische plastische chirurgie durft naar mijn eigen mening soms wat te ver te gaan. Het moet anatomisch correct blijven. Ik zie soms dingen op sociale media waarvan ik denk: o my god!
Hoelang moet je hiervoor studeren?
‘Na het middelbaar volg je zes jaar geneeskunde en daarna nog eens zes jaar specialisatie: twee jaar chirurgie en vier jaar plastische chirurgie. In Antwerpen doe ik een jaartje extra omdat we ook handchirurgie krijgen.’
Zijn het hele zware studies?
‘Alles is haalbaar als je het graag genoeg wilt. Als je het niet met passie en enthousiasme doet, zullen het hele lange jaren zijn. Maar ik vind het allemaal zo boeiend dat het in mijn geval meevalt qua moeilijkheidsgraad. De combinatie van werken en studeren als assistent is wel heel pittig.’
Waarschijnlijk ben je zelf totaal niet bang voor bloed en naalden?
‘Geen enkel kind vindt het leuk om spuitjes te krijgen, dus dat zal in mijn geval ook wel zo geweest zijn. Het is dus niet zo als je als kind bang bent van naalden dat je nooit chirurg zal kunnen worden.’
‘Iedereen maakt fouten’ is een bekend gezegde, maar in jullie vak ligt dat toch nog net iets anders. Brengt dat een hoge werkdruk met zich mee?
‘Ik sta er wel bij stil dat mijn fouten grote gevolgen kunnen hebben. Je bent met mensen bezig, dus je hebt een heel grote verantwoordelijkheid. Daarom bereid ik me altijd zo goed mogelijk voor op elke ingreep en we worden daar ook heel goed in begeleid. Dat geeft een bepaalde gemoedsrust.’
Jij mag eigenlijk nooit een offday hebben, want je werkt met mensenlevens?
‘Wij kunnen inderdaad niet last minute zeggen dat we ons niet goed voelen, want mensen maakten vaak al maandenlang hun agenda vrij voor een ingreep, dus dat kan je niet zomaar verschuiven.’
Moet je fysiek 100 % in orde zijn om te opereren, want je mag niet bibberen of de kans op infecties niet verhogen?
‘Een operatiekwartier is heel proper: we wassen onze handen meerdere malen en dragen altijd een mondmasker en steriele kledij. We gaan dus niet thuisblijven als we een hoestje hebben. Maar als je aan de wc-pot gekluisterd zit met buikgriep kan je uiteraard niet komen werken.’
Ben je bang om je handen of vingers serieus te kwetsen en bijgevolg een tijdje of zelfs voorgoed arbeidsongeschikt te zijn, want dat is natuurlijk je broodwinning?
‘Dat zou inderdaad een drama zijn! Vroeger lag ik daar totaal niet van wakker. Ik ben een fervente skiër en een aantal jaar terug deed ik elke sprong en zoefde ik die bergen af. Maar sinds ik in opleiding ben om chirurg te worden, speelt het veel meer in m’n achterhoofd dat mijn handen mijn broodwinning zijn. Ik doe geen zotte dingen meer!’
Ik sta er wel bij stil dat mijn fouten grote gevolgen kunnen hebben. Je bent met mensen bezig, dus je hebt een heel grote verantwoordelijkheid.
Wordt opereren een gewoonte of blijft het toch opnieuw iedere keer vreemd om in iemands binnenste te werken?
‘Alles went. De eerste keren in het operatiekwartier kon ik overal goed naar kijken, behalve het uittrekken van nagels, dat vind ik heel vies! Maar zelfs dat word je op den duur echt gewoon. Wat wel een langere tijd nodig heeft om aan gewend te raken, zijn de geuren die bij sommige operaties vrijkomen. Je ziet de patiënten ook tijdens de consultatie, maar eenmaal ze op die operatietafel liggen, focus je je op de procedure en niet op het feit dat die persoon bijvoorbeeld vertelde dat ze net mama werd of dat hij binnen twee weken op vakantie gaat.’
Mag je als assistent al alles zelf doen?
‘Dat wordt stelselmatig opgebouwd. In je eerste jaar controleert de chirurg nog alles, maar na verloop van tijd krijg je meer vrijheid. Zeker bij routineoperaties zoals een vlekje wegsnijden. Meestal is de procedure dat je de eerste keer kijkt, de tweede keer assisteert, de derde keer doe je het zelf terwijl de prof naast je staat, de vierde keer doe je het terwijl de prof wel nog in het OK is, maar niet naast je staat en de vijfde keer doe je het volledig zelf, maar kan je de prof indien nodig natuurlijk nog bereiken.’
Je ziet soms schrijnende toestanden. Neem je je job vaak mee naar huis of moet je dat echt leren loslaten?
‘Je moet die knop echt leren omdraaien, want anders hou je de job niet vol. Maar natuurlijk zijn er verhalen die blijven hangen en die ik thuis even deel om te ventileren. Dat is een teken dat je met je patiënten inzit, maar je eigen leven mag er niet onder lijden.’
Is er een operatie die je voor altijd zal bij blijven?
‘Heel veel! Toen ik stage liep bij een plastische chirurg volgde ik de eerste keer mee bij een borstverkleining. Ik weet nog toen ik die borst open zag liggen dat ik dacht: dat komt nooit meer goed, hoe gaan ze dat ooit weer in godsnaam in elkaar geflanst krijgen?! Verder blijven ook de schrijnende verhalen zoals ongevallen of huiselijk geweld een tijdje nazinderen.’
Je moet die knop echt leren omdraaien, en niet alle verhalen van in het operatiekwartier mee naar huis nemen, want anders hou je de job niet vol.
Staat er muziek op terwijl je opereert?
‘Bijna altijd. Ik vind het fijn als er muziek opstaat in het operatiekwartier, zeker tijdens standaard procedures. Als het een heel ingewikkelde ingreep is, iets nieuw of een spannend moment dan zetten we de muziek wel uit om ons nog beter te concentreren. Meestal kiest de hoofdchirurg welke muziek en dan moeten wij het als assistenten maar ondergaan (lacht). Als ik zelf zou mogen kiezen, dan zou ik maandag voor wat rustigere muziek gaan om de week goed te starten en op vrijdag mag het dan al wat meer up-tempo zijn.’
Wat vind je het leukste aan je job?
‘Mensen helpen. Ze komen vaak op een moment dat ze wat minder goed in hun vel zitten en wij kunnen ervoor zorgen dat ze terug met een glimlach naar buiten gaan en zich meer zelfverzekerd voelen. Ik haal daar enorm veel voldoening uit.’
En wat vind je het minst leuke?
‘Het papierwerk. Er komt voor en na de ingrepen heel wat administratief werk bij kijken, en dat is minder mijn ding. Ik ben liever bezig met mensen in plaats van papieren.’
Is de wereld van de chirurgie een mannenwereld waar je als vrouw je mannetje moet staan?
‘Er zijn steeds meer vrouwen die een opleiding tot chirurg volgen, dus het gaat zeker keren. Maar voorlopig is het wel nog steeds een mannenwereld. Het is dus wel goed als je niet op je mondje gevallen bent en op je strepen durft te staan.’
Er wordt weleens gezegd van chirurgen dat ze wonen in de grootste kastelen en rondrijden met de duurste auto’s. Klopt dat cliché?
‘Ik ben natuurlijk nog assistent, dus ik heb daar nog niet zo’n goed zicht op. Ik heb wel financiële zekerheid, want mensen zullen altijd artsen nodig hebben, en dat is voor mij het voornaamste.’
Het is voorlopig wel nog steeds een mannenwereld. Het is dus goed als je niet op je mondje gevallen bent en op je strepen durft te staan.
Je wordt nu gevolgd voor een tv-programma, waarom besloot je hieraan mee te werken?
‘Ik wou daar eerlijk gezegd niet zo graag aan meedoen (lacht). Ik sta niet graag in de schijnwerpers. Ik heb zelfs geen sociale media. Maar ik zat lang in de assistenvertegenwoordiging en dit was de uitgelezen kans om te tonen aan de buitenwereld wat wij als assistenten doen. Als we na de ingreep bij de patiënten op de kamer langsgaan om wat extra uitleg te geven, krijgen we vaak de vraag of ze de dokter nog gaan zien. Terwijl wij als assistent zelf natuurlijk ook dokters zijn. Dat is frustrerend.‘
Is het niet vervelend als er een hele crew met camera’s op je vingers staat te kijken?
‘Je kan er niet naast kijken, want dat zijn een heleboel extra mensen en materiaal in een klein kamertje. Ik vergeet dus niet dat ze er zijn. Ik vind het zeker niet lastig dat ze op m’n vingers kijken, want dat ben ik ondertussen als assistent in opleiding wel al gewend. Het is eerder naar de patiënten toe dat ik het wat lastiger vind, ook al gaven zij een voor een hun toestemming om gefilmd te worden. Maar de interactie tussen patiënt en arts is toch iets anders als er een camera op hun gezicht staat.’
Je partner is anesthesist waardoor jullie beiden onregelmatige uren hebben, zien jullie elkaar veel?
‘We zien elkaar zeker vaak, maar het vergt wel een goede planning. Voor we een kindje kregen, zorgden we ervoor dat we samen van wacht waren zodat we toch zeker onze weekends samen konden doorbrengen. Nu ons kindje er is, zijn we net om beurt van wacht zodat er altijd opvang is. Gelukkig hebben we een goed netwerk en de momenten die we dan samen zijn, daar halen we alles uit en die koesteren we enorm.’
Je volgt een opleiding, werkt ondertussen én je bent mama. Dat lijkt heel pittig!
‘Dat is heel intens! Maar ik heb er zelf voor gekozen. Ik had een grote kinderwens, maar als je meer dan 12 jaar studeert, is er nooit een ideaal moment om eraan te beginnen. We besloten er dus gewoon voor te gaan. Het lukt, maar het is op sommige dagen heel uitdagend en we moeten goed puzzelen om die work-lifebalans in evenwicht te houden. De maatschappij is helaas niet voorzien op twee fulltime werkende ouders.’
Hoe kom je tot rust?
‘Even spelen met mijn dochtertje voor ze in bed moet, gewoon lekker onnozel doen. Daarnaast vind ik het ook zalig om af te spreken met vrienden en te sporten.’
Het is op sommige dagen heel uitdagend en we moeten goed puzzelen om die work-lifebalans in evenwicht te houden. De maatschappij is helaas niet voorzien op twee fulltime werkende ouders.
Vind je het vreemd om jezelf op tv te zien?
‘Ze kwamen filmen toen ik acht maanden zwanger was, dus het is vreemd om me op die manier terug te zien op tv. Ze zeggen dat televisie je doet verdikken op beeld, in mijn geval was dat écht zo (lacht). Het is wel fijn om daar een herinnering aan te hebben, maar ik kijk er nu niet enorm naar uit om mezelf in die hoogzwangere toestand terug te zien.’
Heb je veel self-love?
‘Ik zit goed in m’n vel en ik heb veel zelfvertrouwen. Ik denk ook dat je dat als chirurg móet hebben.’
Ben je vatbaar voor stereotiepe ideaalbeelden en perfecte plaatjes, want je zit in die sector?
‘Ik zit niet op sociale media, dus ik zie die perfecte plaatjes of ideaalbeelden een pak minder voorbijkomen. In m’n job krijg ik er natuurlijk wel veel mee te maken. Mensen nemen foto’s mee van wat zij als dé schoonheidsnorm beschouwen, maar ik ben daar niet echt vatbaar voor. Misschien omdat ik wéét dat zulke ingrepen niet min zijn.’
Tot slot: waarom moeten we zeker naar ‘Topdokters van Morgen’ kijken?
‘Het gaat dit keer over assistenten en het traject van leren en zoeken naar wat werkt, waardoor het voor de kijkers thuis misschien iets meer herkenbaar is en wat dichterbij komt. Ik hoop dat we mensen kunnen inspireren om ook voor een opleiding in de zorg te kiezen door te tonen hoeveel voldoening het geeft als je mensen echt kan helpen.’
Je ziet ‘Topdokters van Morgen’ vanaf 2 september elke dinsdag op Play4 en via GoPlay.
Lees ook: