Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...

Vzw Trampolien wil met hun campagne 'Sta eens in haar schoenen' de problematiek rond partnergeweld aankaarten.

Nadia en Silke getuigen over partnergeweld: ‘Hij sloeg me bont en blauw, maar ik vergaf hem elke keer’

Ruim 120 Belgen doen per dag aangifte van partnergeweld. Tijd om even stil te staan bij enkele duizelingwekkende cijfers en twee straffe verhalen van lezeressen die zelf slachtoffer werden van partnergeweld en de moed hadden om hun ‘lief’ te verlaten.


 

Nog elk jaar opnieuw worden een heleboel vrouwen (en mannen) het slachtoffer van partnergeweld. Soms met de dood tot gevolg. Vooraleer het slachtoffer hulp zoekt, bevindt hij of zij zich daarenboven vaak al langer dan twee jaar in een gewelddadige relatie. Vzw Trampolien wil met haar nieuwe campagne ‘Sta eens in haar schoenen’ de problematiek rond intrafamiliaal geweld en geweld in vertrouwensrelaties aankaarten. Lezeressen Nadia en Silke vonden de moed om hun gewelddadige partner te verlaten en deelden hun verhaal met Flair.

 

Nadia (35) is sinds enkele jaren gescheiden van haar agressieve ex


 

Ze waren tien jaar samen en hebben twee kinderen.

Liefde? Nee, dat is er nooit geweest, of toch niet van zijn kant. Luc wist niet eens wat “houden van” is.


Veel mensen denken dat agressie alleen voorkomt in marginale gezinnen, niet in welgestelde, financieel stabiele families waarvan beide partners een goeie job en een degelijk inkomen hebben. Ze moesten eens weten. Mijn ex heeft een universitair diploma én een hoge functie binnen gerechtelijke kring. Ik heb een hogeschooldiploma en behaal binnenkort ook nog een tweede. Niemand kwam iets tekort bij ons thuis. Of toch niet op financieel en materieel gebied. We woonden in een mooi huis, gingen regelmatig op reis, bezochten musea en deden aan cultuur. Maar liefde? Nee, dat is er nooit geweest, of toch niet van zijn kant. Luc wist niet eens wat ‘houden van’ is.

 

Goedgelovig en blind


Ik was erg jong toen ik Luc leerde kennen. Net eenentwintig, een tikkeltje naïef en gelovend in het goede van elke mens. Ik was sociaal geëngageerd, wilde mensen helpen, er zijn voor iedereen die me nodig had. Tijdens een vakantiejob was Luc mijn coach. Hij gaf me opdrachten allerhande en we konden het goed met elkaar vinden. Maar na twee weken besefte ik dat die ‘klik’ misschien wel meer voor me betekende. Nog nooit had ik iemand ontmoet die zoveel wist, me zo kon boeien met zijn wijsheid en intelligentie. Ik was compleet head over heels, ook al was Luc een pak ouder dan ik. Mijn verliefdheid bleek wederzijds en al snel begonnen we een relatie. Het leeftijdsverschil van veertien jaar deerde ons niet. Ik was ervan overtuigd dat hij de man van mijn leven was, en dat ik de rest van mijn leven bij hem zou blijven. Misschien wel moest blijven, want dat doe je toch bij liefde? Enorm goedgelovig van me, natuurlijk, en ik werd blind voor alle signalen.

 

Eerst rood, dan paars


Bij de geboorte van onze oudste zoon kwam de kentering in onze relatie. Niet dat we eerst een warm, liefdevol koppel waren, maar het werkte wel tussen ons. Altijd als Luc erom vroeg had ik aandacht voor hem, maar na de geboorte van Siebe moest ik mijn aandacht verdelen. En dat wrong enorm. Luc kon niet aanvaarden dat zijn zoon ook aandacht kreeg, dat hij niet langer in het middelpunt van de belangstelling stond. Kort na de komst van Siebe vielen dan ook de eerste klappen. Maar heel veel herinner ik me er niet meer van. Misschien heb ik dat wel verdrongen? Sindsdien kon de kleinste aanleiding genoeg voor hem zijn om woest te worden. Dan werd Lucs gezicht vuurrood, tot zelfs paars, en wist ik dat ik moest oppassen. Hij kon compleet flippen, sleurde me met mijn haren door de gang, bedreigde me met een mes, sloeg mijn benen en billen bont en blauw, kneep mijn keel dicht. Om nadien weer te veranderen in de liefste man. Ellenlange gesprekken hadden we na een uitval, waarin hij me de hemel op aarde beloofde, waarin hij me vertelde dat hij zou veranderen, me smeekte hem niet te verlaten, en dat alles anders zou worden. Morgen al. Elke keer wentelde hij zich in zelfmedelijden, speelde hij slachtoffer van zijn moeilijke jeugd. In het begin geloofde ik hem, maar op de duur werd ik immuun voor zijn smeekbedes. Ook tijdens zijn agressieve buien ging ik na verloop van tijd in overlevingsmodus en reageerde ik zo min mogelijk. Toen hij merkte dat zijn woede-uitbarstingen me steeds minder deerden – uiterlijk dan toch – werd hij alsmaar extremer. Uiteindelijk dreigde hij om zichzelf iets aan te doen, of om mijn polsen over te snijden, alleen maar om een reactie uit lokken. Maar bij hem weggaan? Dat durfde ik niet.

 

Niet meer niezen


‘Je bent lelijk. Heb je jezelf al eens naakt gezien? Zelfs je voorhoofd is veel te groot.’ Door alle opmerkingen die ik moest slikken, kon ik mezelf niet graag meer zien. Als ik moest niezen, dan dook ik ineen, omdat ik wist wat voor commentaar er zou volgen. Eten met hem was bijzonder lastig, want Luc kon niet tegen het geluid van kauwen. Maar hij reageerde niet alleen extreem op mij. Ook anderen, zelfs wildvreemden, moesten zijn commentaar, en zelfs pesterijen, slikken. Toen we een keer op de roltrap stonden naar het perron van onze trein, wilde een man ons passeren. Hij was duidelijk gehaast. Luc blokkeerde opzettelijk zijn weg, zodat die man zijn trein miste. In het verkeer gold slechts één regel: zijn wil was wet. Zo reed hij ooit rakelings langs een jong koppel met een kinderwagen toen ze overstaken op het zebrapad. ‘Ze hadden dat maar niet moeten doen’, reageerde hij. Dat hij nooit meer ongevallen heeft veroorzaakt, mag een wonder wezen. Hij kon gewoonweg niet met mensen omgaan, kon hun aanwezigheid zelfs niet verdragen. Toch wist hij perfect de schijn hoog te houden als er vrienden op bezoek kwamen of als we bij mijn ouders langs gingen. Of toch de eerste jaren.

Mijn moeder heeft het meer dan eens zien gebeuren, maar toch stuurde ze me terug als ik voor haar deur stond.

Een vrouw hoort bij haar man


Een van de redenen dat ik zo lang ben gebleven, is mijn moeder. Telkens als ik weg wilde gaan, gepakt en gezakt voor hun deur stond en helemaal klaar was met de fysieke en emotionele mishandeling, de chantage, de manipulatie en de agressie, stuurde ze me terug. In haar ogen moest een vrouw bij haar man blijven voor de rest van haar leven. No matter what. Terwijl ik snakte naar steun, wilde horen dat ik de juiste keuze maakte, dat ik gelijk had om de grens te trekken. Niet dat ze niet wist wat er aan de hand was. Meer dan eens begon hij me te slaan en te schoppen wanneer ze in de buurt was. Eén keer stond mijn moeder schreeuwend naast hem, te smeken dat hij moest stoppen, of hij zou me vermoorden. Zo vaak hebben zij en Luc ruzie gehad. En toch. En toch bleef Luc een held voor mijn moeder, iemand die het had gemaakt in zijn job. Een reden te meer voor haar om niet af te wijken van haar principe: een vrouw blijft voor altijd bij haar man.

 

Vrienden bij politie en justitie


‘Vroeg of laat vermoordt hij je, Nadia. Ga bij hem weg.’ De laatste jaren waarschuwden mijn naaste vrienden me meer dan eens voor Luc. Ze hadden me zien veranderen van een optimistisch, vrolijk iemand die fladderend door het leven ging in een heel beheerst, weloverwogen persoon. De spontaniteit in me was compleet verdwenen. De eerste keer dat ik hem wilde aangeven, hadden mijn collega’s me gepusht. Ik had blauwe plekken op mijn benen en rode striemen over mijn hele lijf, ik zag eruit als een wrak. Mijn baas stuurde me naar huis en moedigde me aan om een klacht in te dienen. Ik besefte dat ze gelijk hadden. Al mijn moed heb ik bijeen geraapt die dag, en ik ben naar de politie vertrokken. Maar toen ik voor de deur stond, klapte ik dicht. Ik heb me omgedraaid en ben opnieuw naar huis gereden. Luc had een hoge functie binnen gerechtelijke kring, ik durfde gewoonweg niet. Hij had ook talloze keren gedreigd dat hij me iets zou aandoen als ik zover ging. Hij wees me er zo vaak als mogelijk op dat hij overal vrienden had binnen politie en justitie. Bovendien had ik nog zo weinig zelfvertrouwen dat ik ervan overtuigd was dat hij gelijk had. De echte klik is er pas twee jaar geleden gekomen. Na de zoveelste woede-uitbarsting ben ik naar de huisdokter gestapt, die me aanraadde hem aan te geven. Bovendien was er net toen iets in het nieuws over het aantal partners dat sterft door partnergeweld. Ik heb mijn gerief gepakt, de kinderen in de auto gezet en ben naar de politie gereden. Eindelijk diende ik klacht in. De eerste keer, in meer dan tien jaar.

 

Beter leven zonder hem


Dat ik de stap niet sneller heb gezet, daar heb ik spijt van. Als ik toen had geweten wat ik nu weet, dan was ik véél sneller bij Luc weggegaan. Dan zou ik tegen mezelf gezegd hebben dat ik het wél kan in mijn eentje, dat ik wél tegen hem op kan. Net daarom doe ik mijn verhaal: om andere vrouwen te overtuigen dat de schuld níét bij hen ligt en dat het leven alleen maar beter wordt. En dat ze niet alleen zijn. Er zijn er zovelen die net hetzelfde hebben meegemaakt, en nog elke dag meemaken. Neem een vriendin in vertrouwen, vertel je verhaal aan je huisdokter, of een therapeut. Want al heb je ‘t gevoel dat je gevangen zit, je bent het niet.

Silke (27) vluchtte vijf jaar geleden met haar zoontje (6)


Ze was drie jaar samen met haar ex.

Twee jaar lang heb ik gezwegen. Twee jaar lang heb ik alle klappen geïncasseerd, heb ik me sterk gehouden. En geen kat die doorhad wat er aan de hand was. Want voor de buitenwereld wist Joël als de beste de schijn hoog te houden. En ik, ik durfde niet anders dan te zwijgen.

Nadat hij me voor het eerst geslagen had was hij zo lief dat ik hem vergaf. Iedereen maakt fouten, toch?

Het is een fase, dacht ik


Ik was nog jong toen ik Joël leerde kennen, achttien jaar. Hij was lief, warm en ik was smoorverliefd. Heel vaak gingen we samen op stap, maar we bleven ook ons eigen ding doen. Tot ik na een jaar, compleet onverwacht, zwanger bleek en alles van de ene op de andere dag veranderde. Joël werd stikjaloers, wilde niet dat ik nog langer uitging zonder hem. Ging ik toch een keertje winkelen of een koffietje drinken, dan stuurde hij de hele tijd sms’en. Ik dacht dat het een fase was, dat het wel over zou waaien. Want zo had hij in al die maanden voordien nooit gereageerd. Zelfs toen hij me de eerste keer sloeg, dekte ik dat toe met de mantel der liefde. ‘Een fout’ dacht ik bij mezelf, en toen hij zich uitgebreid verontschuldigde en me bedolf onder zijn liefde, vergaf ik hem. Iedereen maakt fouten, toch?

Hij sleurde me bij mijn haren door de gang, wurgde me en sloeg me in mijn gezicht. En altijd was het “mijn schuld”.

Eigen schuld, dikke bult


Een aanleiding was er niet, die eerste keer. En die is er daarna ook nooit geweest. Joëls humeur kon in één seconde compleet omslaan. Was hij net nog rustig en stabiel, dan werd hij even later compleet woest over een prul. Nog steeds weet ik niet waarom hij tijdens mijn zwangerschap zo fel is veranderd. Waarom hij plots niet langer de warme, lieve man was op wie ik verliefd was geworden. Hij reageerde al zijn frustraties op mij af. Dan sleurde hij me bij mijn haren door de gang, wurgde hij me en sloeg hij me steevast in mijn gezicht. En bezorgde hij me een schuldgevoel. Niet dat hij openlijk zei dat het mijn schuld was. Nee, hij liet me op de meest subtiele manieren weten dat ík ervoor had gezorgd dat hij was ontploft. Stilaan veranderde ik in een bang, timide wezentje. Ik durfde nog amper iets te doen, was altijd op m’n hoede voor de volgende uitbarsting. Ik deed er alles aan om elke discussie, elke ruzie te vermijden. Haalde hij zijn beste toneelkunsten boven tijdens een familiebezoek, dan speelde ik vrolijk mee. Want als ik niet reageerde zoals hij het wilde, dan wist ik dat ik het ’s avonds zou bekopen.

 

Politie, huisarts, koffers, mama


Het was mijn baas die me uiteindelijk het nodige duwtje in de rug gaf. Een paar maanden voordien had ik haar gevraagd een leugentje te vertellen tegen mijn mama over de blauwe plek in mijn gezicht. Ze zou die dag langskomen bij ons in de winkel en ik wilde niet dat ze achterdochtig werd. Dat ik tegen een rek in het magazijn was gelopen, moest mijn baas vertellen. Dat deed ze ook, maar pas nadat ze me duidelijk had gemaakt dat het de eerste en ook meteen de allerlaatste keer was dat ze voor me zou liegen. Én op voorwaarde dat ik vertelde wat er aan de hand was. Ik twijfelde, maar deed uiteindelijk toch mijn verhaal. Toen ik een paar maanden later compleet overstuur op mijn werk aankwam, overtuigde Cynthia me om mijn koffers te pakken. Die ochtend waren er weer maar eens klappen gevallen, en ik kon me niet langer sterk houden. Mijn baas nam me meteen apart. Een uur lang praatte ze op me in. Dat ik weg moest gaan bij Joël, en wel nu meteen. Ik had een kind aan wie ik moest denken, zei ze. Op een blad schreef ze alles op wat ik moest doen: naar de politie gaan, de huisarts bezoeken, mijn koffers pakken, mijn mama inlichten. Ze gaf me een week vrijaf, en zorgde ervoor dat al mijn shiften werden opgevangen door collega’s. Het was dat lijstje dat me heeft overgehaald, Cynthia had de stap om weg te gaan veel kleiner gemaakt. Veel concreter ook. Een paar dagen later ben ik ‘s morgensvroeg vertrokken, met alleen het hoogstnodige, nadat Joël naar zijn werk was gegaan en ons zoontje Robbe veilig was in de crèche.

 

Caught on camera


Niemand begrijpt dat dit mij is overkomen. Ik, de vrouw die nooit op haar mondje was gevallen. En toch is het gebeurd. Door die twee jaren waarin Joël me heeft mishandeld, gemanipuleerd en gekleineerd, was ik mezelf niet meer. Ik had geen greintje zelfvertrouwen. Ook de maanden na mijn vertrek zijn ongelooflijk zwaar geweest. Een maand lang durfde ik het appartement van mijn mama niet verlaten, uit angst hem tegen te komen. Terecht, zo bleek, want de eerste keer dat ik dat wél deed, kwam het al meteen tot een confrontatie. In een flits zag ik Joël in zijn auto passeren. Ik nam de buggy en begon te lopen. De bank in, waar ik net nog was geweest. Minutenlang hield ik me schuil, doodsbang was ik dat hij ons zou vinden en Robbe mee zou nemen. Joël vond ons. En alweer kwam het tot een fysieke confrontatie. Ik heb me over Robbe gegooid, om hem te beschermen en zeker te zijn dat Joël hem niet mee kon nemen, terwijl de zijkant van mijn gezicht en mijn rug alle klappen incasseerden. Het bleek een geluk, want uiteindelijk is Joël vertrokken én had hij me meteen bewijzen tegen hem bezorgd. In de bank werd alles namelijk gefilmd.

 

Had ik het maar eerder gedaan


Intussen ben ik drie jaar bij hem weg. Financieel heb ik het niet breed gehad, maar het is me gelukt alles beetje bij beetje weer op te bouwen. In het begin had ik alleen een kamer voor Robbe, een matras, een tafel met vier stoelen en een tv. Maar intussen richtte ik mijn appartementje gezellig in. Met Robbe gaat het goed, al ben ik met hem in therapie gegaan vanwege zijn gedrag. Ik wil dat hij zijn papa blijft zien, maar door alle fysieke agressie die hij daar onder ogen krijgt, wordt ook hij soms extreem boos om kleine dingen. Er zijn periodes dat hij er veel minder last van heeft, maar loopt het bij zijn papa moeilijk, dan merk ik dat meteen aan Robbe. Voor mezelf heb ik beslist dat hij niet meer hoeft te gaan als ik merk dat de situatie nog verslechtert. Intussen blijf ik bewijzen tegen mijn ex verzamelen, maar tot een proces zal het wellicht niet komen, zegt mijn advocaat. En dat maakt me heel erg boos. Nee, Joël hoeft van mij niet naar de gevangenis te gaan of een vette geldboete te krijgen. Maar verplichte therapie? Dat is toch niet te veel gevraagd, vind ik. Joël is de afgelopen jaren geen haar veranderd, want ook zijn nieuwe vriendin krijgt regelmatig slaag. Ik hoop dat hij ooit écht gestraft wordt voor zijn daden. De gedachte dat ik, ondanks al zijn pogingen me neer te halen en te kleineren, toch op mijn pootjes terecht ben gekomen, biedt me troost. Ik ben zoveel sterker geworden en besef dat ik geen schuld had aan zijn gedrag, ook al overtuigde Joël me lange tijd van het tegendeel. Ik ben zo ongelooflijk blij dat ik ben vertrokken. Had ik het maar veel eerder gedaan, had ik maar sneller iemand in vertrouwen genomen.

Wanneer kan je spreken van partnergeweld?


Geweld definiëren is moeilijk, en maak je het zelf mee, dan is het nog veel moeilijker. Uit onderzoek blijkt dat mensen als buitenstaander bepaalde handelingen of acties bestempelen als geweld, tot ze er zelf mee te maken krijgen. Dan krijgt ‘geweld’ plots een heel andere definitie. We zijn voor een stuk blind voor geweld als het ons overkomt. Bovendien vergeten we vaak dat partnergeweld in álle lagen van de bevolking voorkomt, en dat niet alleen vrouwen het slachtoffer kunnen zijn. Ook mannen kunnen te maken krijgen met partnergeweld.

 

Maar wat is partnergeweld nu?


Iedereen heeft al wel eens tegen zijn lief geroepen, hem of haar uitgescholden en misschien sneuvelde er al eens een vaas of een bord. Is dat geweld? Misschien. Raak je elkaar onbedoeld, of kwets je de ander per ongeluk, dan is dat geen geweld. Dat zou het wél zijn als je de intentie hebt je lief te raken, te kwetsen, te intimideren, te kleineren of te controleren.

 

1712, hét nummer om te onthouden


Sinds een paar jaar kan je (gratis) bellen naar 1712, het nummer voor iedereen die met geweld, misbruik of kindermishandeling te maken krijgt. Of je nu slachtoffer bent, pleger of getuige: iedereen is welkom. Professionals bieden je een luisterend oor, geven je info of verwijzen je door naar de meest gepaste hulpverlening. 1712 is elke werkdag bereikbaar van 9u tot 17u. Het gesprek is gratis. Het gesprek is discreet: jouw oproep naar 1712 verschijnt niet op de telefoonrekening en je hoeft niet te zeggen wie je bent.

Of doe beroep op vzw Trampolien via de website trampolien.be.

 

Wat kan je doen als buitenstaander?


Eerst en vooral: probeer te begrijpen dat je vriendin/zus/moeder/dochter... gevangen zit in een ‘spiraal van geweld’. Er is geweld, ze maken ruzie, maar daarna komt er ook altijd een fase van berouw en spijt. Haar agressief lief wil het weer goed maken, hij heeft spijt en belooft het nooit meer te doen. Zij vergeeft hem, en alles lijkt weer even koek en ei. Tot de volgende woede-uitbarsting. Om die spiraal, dat patroon, te doorbreken heeft jouw vriendin je hulp nodig. Praat met haar, probeer haar te overtuigen om weg te gaan, maar wees je ervan bewust dat het best zou kunnen dat al jouw hulp en raad overboord worden gegooid zodra het weer wat beter gaat in de relatie. Dat kan ontmoedigend zijn, maar niet zo onlogisch als je die spiraal van geweld begrijpt. Wil je professionele raad en advies? Bel dan (gratis) naar 1712.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '