Wie kermis zegt, denkt meteen aan de flosh, een pak smoutebollen en een ritje op de tonen van de Lambada. Voor Elisa (37) komt er veel meer bij kijken. Zij is foorkramer in hart en nieren en trekt met haar attracties de wijde wereld rond.
‘Samen met mijn man baat ik een rollercoaster, een waterbaan en een reuzenrad uit. Daarmee trekken we langs alle grote kermissen in België, Nederland en Hongkong. Voor dat laatste gaan onze attracties in de winter zes weken de boot op, om daarna een maand in China te staan. Dat is het enige moment waarop we niet met de kermis meereizen, maar het werk overlaten aan ons personeel. Op alle andere foren wonen we in ons huis op wielen. Ik kan me geen andere levensstijl inbeelden. Een vaststaand huis, met elke dag dezelfde buren en dezelfde buurtwinkels? Dat klinkt als een marteling voor mij.’
Slapeloze nachten
‘Het enige nadeel aan een nomadenbestaan, is de schoolsituatie van onze kinderen. De kleinste, een kleuter van drie, ging tot voor kort naar het rijdende kermisschooltje. Dat is een kleutertuin in een caravan waar alle kleuters van de kermis samen in één klasje zitten. Nu ze naar het eerste leerjaar gaat, moet ook onze jongste dochter helaas op internaat. Daar lig ik ’ s nachts al weken van wakker. Zowel wij als de kinderen staan daar niet voor te springen, maar we hebben nu eenmaal geen andere keuze. Verder vind ik het kermisleven heerlijk. Er is altijd ambiance. Je bent nooit alleen en ondanks wat concurrentie zijn we allemaal vrienden of familie. Vroeger moesten foorkramers opbieden bij de gemeenten en strijden om hun plaatsje. Daardoor laaide de competitie hevig op. Tegenwoordig werkt alles met vaste contracten en heeft ieder kraam op de kermis een vaste plek. Toch wordt het steeds moeilijker om rond te komen. Mijn man en ik hebben heel wat personeel in dienst. Bij elke kermis moeten we daarenboven een opstel- en afbraakploeg, een grote kraan en dure elektriciteits- en gasrekeningen betalen. Door het verplaatsen van enkele grote kermissen zoals de Sinksenfoor in Antwerpen, een groter aanbod aan evenementen zoals festivals en foodtruckevents en de hype om veel en ver te reizen, sparen mensen ook niet meer voor een dagje op de kermis. Onze weekinkomsten hebben daardoor een flinke duik genomen. Daarom nemen we niet langer vakantie tijdens de winterstop. We toeren nu ook op kerstmarkten en hebben een internationale attractie met het grootste reuzenrad van Europa dat nu in Boedapest staat.’
Ik kan niet meer op twee handen tellen hoe vaak ik ben uitgescholden voor uitschot en foorwijf.
Waterpret
‘Mijn man is een echte kermisfreak. Als hij het voor het zeggen had, brachten we al onze vrije tijd op andere kermissen door. Ik probeer die momenten anders in te vullen, maar het kermisleven achter me laten, zal nooit in me opkomen. Volgens mij is het makkelijker om als buitenstaander in de foorwereld te belanden dan als kermisklant een normaal luizenleventje te leiden. Als kind was ik al dol op waterbanen. Daarom kochten mijn man en ik The Big Splash. Zo’n attractie wordt bij elke opstelling grondig gecontroleerd. Als er tijdens de controle één boutje niet helemaal prima zit, krijgen we geen vergunning om te openen. Onze attracties worden dus veel vaker en strenger gekeurd dan die van de meeste pretparken. Als iemand mijn woonplaats vraagt, antwoord ik dat ik Antwerpse ben. Officieel sta ik daar ingeschreven, in het huis van mijn moeder. Daar komt ook mijn post. Verder heb ik een grote loods in Beveren, waar we onze attracties stockeren als er eventjes geen kermis is. Verder heb ik geen greintje behoefte aan een vaste stek. Helaas begrijpen mensen dat zelden en heersen er nog heel veel vooroordelen over onze levensstijl. Ik kan niet meer op twee handen tellen hoe vaak ik ben uitgescholden voor uitschot en foorwijf. Ik ben nochtans gewoon een zelfstandige met vier kindermondjes om te voeden en een passie voor haar job.’
Meer straffe verhalen: