Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...

‘Ik bleef bij een groep daklozen die me zou beschermen. We sliepen in parkings, in de metro, aan de Brusselse Beurs.’

Carole (45) leefde twee keer op straat en is nu vrijwilligster bij een daklozenorganisatie

De redactie

Het kan écht iedereen overkomen. Daklozen zijn vaak gewone mensen die door moeilijke omstandigheden alles kwijt zijn geraakt. Geen huis, elke dag opnieuw knokken. Carole (45) was twee keer dakloos en is nu vrijwilligster bij een daklozenorganisatie. Ze heeft twee dochters.

‘Ik heb twee keer op straat moeten leven. De eerste keer was in 2007, nadat mijn partner was gestorven. Ik kreeg toen een zware depressie, waardoor ik mijn rekeningen en mijn huur niet meer betaalde. Mijn oudste dochter, die in Brussel woonde, stelde toen voor om bij haar te komen wonen, tot ik een appartement zou vinden. Maar ik vond er niet meteen eentje, en na enkele weken zette haar man me buiten. De eerste nacht heb ik niet geslapen, ik liep gewoon rond in de stad met mijn hond. Tegen de ochtend ontmoette ik een man die ook dakloos was. Hij was geschokt dat een vrouw helemaal alleen op straat leefde. De hele dag bleef hij bij me, tot ik een oplossing vond. Hij stelde me voor aan een groep Polen en verzekerde me dat ze mij zouden beschermen. En vanaf dan bleef ik bij hen. We sliepen in parkings, in de metro, aan de Brusselse Beurs. Als je op straat leeft, ben je verloren. Je denkt vaak dat het je nooit zal overkomen, en toch, het kan heel snel gaan. Intussen probeerde ik ook nog altijd te verwerken dat mijn partner er niet meer was. Ik was er echt erg aan toe.’

Een doel om de dag door te komen

‘De lieve man die me aan de Polen had voorgesteld, leerde me ook de Brusselse vzw Bij Ons kennen. Het is een plek waar kwetsbare mensen voor 30 cent een koffie kunnen drinken en voor een euro een warme maaltijd krijgen. Ze kunnen zich er ook douchen, even opwarmen en andere mensen leren kennen. Ik ben er elke dag langsgegaan. Al snel begon ik zelf mee te helpen, op kantoor of in de keuken. Ik doe dat nu nog altijd, om hen te bedanken omdat ze me enorm hebben geholpen en gesteund. Ze hebben me altijd een duwtje in de rug gegeven om door te blijven gaan. Bijna drie maanden later vond ik een appartement met een van de Polen op wie ik intussen verliefd was geworden. Toch bleef ik naar Bij Ons gaan.’

Ik werkte er om niet op het verkeerde pad te komen, om me niet te laten vangen aan alcohol en drugs.

‘Een tijdje later kwam ik weer op straat terecht. In die periode heb ik op vreselijke plaatsen moeten slapen. Ook in de nachtopvang van de organisatie Samusocial, maar eigenlijk was dat niet veel beter dan die andere plekken, ik ging er alleen naartoe als ik echt niks beters vond. Het was zwaar, heel zwaar. Dankzij Bij Ons heb ik me wel altijd kunnen bezighouden. Ze gaven me elke dag een doel. Ik werkte er om niet op het verkeerde pad te komen, om me niet te laten vangen aan alcohol en drugs. En elke keer als ik papierwerk moest regelen, hielpen ze me ook. Ze zijn mijn tweede familie geworden. Ik heb natuurlijk ook mijn dochters, mijn schatten. Maar ze hebben hun eigen leven en het is ook niet makkelijk voor hen. Ik weet dat ze zich schuldig voelen dat ze me niet meer hebben kunnen helpen, maar ik neem het hen niet kwalijk, en dat zal ik ook nooit doen.’

Vertrouwen in de toekomst

‘Ik heb verschrikkelijke dingen meegemaakt, maar diep vanbinnen heb ik altijd hoop gehad. Ik wist dat alles weer goed zou komen. En uiteindelijk is dat ook gebeurd. Samen met mijn toenmalige vriend heb ik maanden en maanden gezocht naar een plaats om te wonen, tevergeefs. Tot op een dag zijn moeder uit Marokko op bezoek kwam. Ik weet niet of het door haar kwam, maar plots kregen we van iemand de gegevens van een man die een appartement verhuurde. De moeder ging mee met ons, zette zich in de zetel en begon een lang gesprek met de eigenaar, die ook een Marokkaan was. Diezelfde avond belde hij me op om te zeggen dat we de studio konden huren. Ik barstte in tranen uit.’

Soms heb ik geen geld meer over om eten te kopen, maar zelfs dat vind ik niet zo erg, eten vind je altijd wel.

‘Mijn vriend schrok. Hij zei: We hebben zo lang op straat moeten leven en al die tijd heb je nooit gehuild, en nu huil je omdat we een appartement hebben gevonden? Ben je gek? Maar ik huilde net omdat ik zo ontzettend blij was. De volgende dag, op 1 juni 2015, tekende ik het huurcontract en kreeg ik de sleutels. Nu woon ik er al twee jaar. Ik betaal 475 euro huur en met mijn uitkering kan ik dat net betalen. Soms heb ik geen geld meer over om eten te kopen, maar zelfs dat vind ik niet zo erg, eten vind je altijd wel. Maar mijn studio, daar hou ik zoveel van. Ik wil hier nooit meer weg. Ik heb nu een nieuwe vriend, die heel lief en rustig is, die me helpt in het huishouden en voor me kookt. Dus ja, op dit moment gaat alles goed in mijn leven. Ik voel me supergoed en ik kijk positief naar de toekomst. Wat je ook doormaakt, geef nooit op en blijf doorgaan.’


Tekst: Chaima Saysay

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '