Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© Tine Schoemaker

'Landbouwer zijn is geen sinecure. Je moet je verstand gebruiken als je in deze stiel overeind wil blijven.'

Karen (36) is een boerendochter met een master in de politieke en sociale wetenschappen

De agrarische sector blijft niet gespaard van vooroordelen, maar één ding is zeker: je hebt gezond verstand nodig om in deze stiel te overleven. Karen (36) heeft een hoger diploma en pakt samen met haar echtgenoot hun boerderij aan als een echte onderneming.

Karen (36) heeft een master in de politieke en sociale wetenschappen. Haar man heeft een melk- en vleesveebedrijf, zij werkt buitenshuis en draagt op haar manier een steentje bij.


‘Ik ben een boerendochter, maar ik ben geen boerin in hart en nieren. Mijn vader had een vleesveebedrijf, en het hele gezin moest geregeld een handje helpen op de boerderij. Ik deed dit om mijn vader te plezieren, maar deed het niet altijd met plezier. Ik zei dan ook dat ik nooit met een landbouwer zou eindigen, maar de liefde heeft er anders over beslist (lacht).’

‘Ik leerde Kristof kennen tijdens mijn studies politieke en sociale wetenschappen. Zijn ouders hadden een melkveebedrijf, en het was Kristofs droom om ook te boeren. Zeven jaar geleden koos hij fulltime voor het boerenleven. Toen mijn vader onverwacht overleed, werden de twee bedrijven samengevoegd op één locatie. Sindsdien runt Kristof samen met zijn vader een melk- en vleesveebedrijf op onze boerderij in Beervelde. Mijn schoonmoeder en ik werken buitenshuis.’

Helpen waar en wanneer het kan


‘Kristof heeft me nooit verplicht om te boeren, maar als je getrouwd bent met een landbouwer, valt er bijna niet aan te ontsnappen (lacht). Begrijp me niet verkeerd: ik heb bewust gekozen voor dit leven en ben gelukkig getrouwd met Kristof. We hebben intussen drie kinderen: Mathis is zeven, Celeste vijf en Manon is tien maanden oud.’

Als ik heel eerlijk ben, heb ik behoefte aan een job buitenhuis.


‘Ik help waar en wanneer het kan, al is mijn taak op de boerderij voorlopig vrij beperkt. In drukke periodes en tijdens het weekend voeder ik al eens de koeien, help ik melken of geef ik pasgeboren kalfjes een papfles. Op die manier probeer ik het werk van mijn man een beetje te verlichten. Zijn dagen beginnen gemiddeld om kwart voor zes en stoppen pas om halfnegen ‘s avonds. Er zijn verschillende redenen waarom ik nog niet officieel in het bedrijf ben gestapt. Zolang mijn schoonvader op de boerderij werkt, is daar financieel geen ruimte voor. En als ik heel eerlijk ben, heb ik ook behoefte aan een job buitenhuis.’

Klein eiland


‘Een boerderij is zoals een klein eiland: het is een eenzaam bestaan, terwijl ik van sociaal contact hou. Ik heb acht jaar gewerkt voor Boerenbond, waar ik land- en tuinbouwers informeerde en begeleidde. Een intensieve job met veel vergaderingen ’s avonds. Ik had vaak contact met kabinetten, ministers, burgemeester en schepenen. Mijn diploma kwam dan ook van pas, maar op den duur werd mijn leefwereld me een beetje te klein. Intussen werk ik halftijds voor Landelijke Gilden en zit ik op het project Warme tuin, dat als doel heeft zorginstanties en buurtbewoners dichter bij elkaar te brengen door middel van tuinieren.

Verjaardagsfeestjes op de boerderij


‘Ik werk dan wel niet voltijds op de boerderij, toch draag ik de sector een enorm warm hart toe. Daarom probeer ik op mijn manier een steentje bij te dragen. Sinds een jaar of drie organiseer ik verjaardagsfeestjes voor kinderen, zodat ze in aanraking komen met het leven op de boerderij. Ik wil dan zeker niet de juf uithangen, maar ik probeer ze op een speelse manier wijzer te maken. Ik vind het belangrijk om te doen, want over onze stiel bestaan nog veel misverstanden.’

De boerensector wordt geplaagd door cowboys, die de regels en wetgeving aan hun laars lappen.


‘Zoals in elke sector wordt ook de boerensector geplaagd door cowboys, die de regels en wetgeving aan hun laars lappen. De boeren die wel keihard en eerlijk werken, zijn daar de dupe van. Ik wil er dan ook geen doekjes om winden. Als kinderen hun verjaardag bij ons vieren, leg ik uit wat het verschil is tussen een melkkoe en een vleeskoe, dat een melkkoe melk produceert en een vleeskoe naar het slachthuis gaat. Er zijn dan kinderen die zeggen dat ze nooit meer vlees eten, maar dat blijft meestal niet zo. Iedereen die bij ons viert, gaat enthousiast en met een positief beeld over de landbouw naar huis.’

Winkeltje op wielen


‘Verjaardagfeestjes zijn een manier om mensen dichter bij de boerderij te brengen. Sinds de zomer van 2016 heb ik ook een hoevemobiel, een winkeltje op wielen. Met mijn camionette en een tank gevuld met melk sta ik twee dagen per week in Gent, om rechtstreeks aan de man te verkopen. De klanten die ik heb, zijn heel standvastig en kopen bijna wekelijks een liter of vijf. Door onze hoevemobiel krijgen we een betere prijs voor ons product. Ik verkoop melk aan een euro per liter, terwijl de huidige melkprijs momenteel dertig eurocent per liter bedraagt. Over die prijs valt niet te discussiëren met groothandelaars, en we kunnen ook niet zeggen dat we onze melk bijhouden, want dan wordt ze zuur. Op de melk die ik rechtstreeks verkoop – hooguit vijf procent van wat we wekelijks produceren – krijgen we dus een betere marge.’

Meer manager dan boer


‘Neem ik over vijf jaar de plaats in van mijn schoonvader en zetten we nog meer in op landbouwverbreding of verkleinen we het bedrijf zodat mijn man het op eigen houtje kan doen? Ik weet het nog niet, maar als ik eerlijk ben, zie ik mezelf niet zeven dagen op zeven op de boerderij werken. Na drie weken vakantie kriebelt het om weer te gaan werken (lacht). Om mijn intellect op peil te houden heb ik behoefte aan iets voor mezelf, weg van de boerderij. Niet dat boeren niet intellectueel zijn, hè. Integendeel, want tegenwoordig ben je meer manager dan boer. Landbouwer zijn is echt geen sinecure meer. Je moet je verstand gebruiken als je in deze stiel overeind wil blijven.’

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' ' '