Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...

'In Brooklyn pikte ik een matrozenjurk met polkadots uit de rekken waarin ik een halfjaar later een Japanse tyfoon zou trotseren.'

COLUMN: ‘Vintage heeft geen haast, ik helaas wel. Daarom snuister ik het liefst op vakantie.’

Catherine Kosters


Redactrice Catherine houdt van haar lief, hotelbedden en ketchup. Tot de dag dat zelfspot een olympische discipline wordt, deelt ze hier elke week haar avonturen.


Op de vlucht in vintage


Vintage. Het woord alleen al heeft een magische bijklank. Niet verwonderlijk als je over de oorsprong nadenkt. Vintage is afgeleid van het Oud-Franse woord vendage, waarmee men naar het oogsten van druiven en maken van wijn verwees (vendange in hedendaags Frans). Een vintagewijn is een wijn uit een bepaald jaar, in tegenstelling tot een blend van verschillende jaren. Een goed seizoen leidt tot een goede oogst, waardoor vintage algauw een aura van superioriteit over zich kreeg.



Tot zover de les etymologie en oenologie, maar met kleding is het net zo, als je het mij vraagt. Terwijl tweedehands nog al te vaak doet denken aan muffe winkels en mottenballen, verwijst vintage naar mode met een geschiedenis. Kleding die lééft, kortom. Vraag het gerust aan experts, zoals de zeven vintageliefhebbers die ik speciaal voor het upcyclingnummer van Flair sprak: er gaat niets boven het vinden van een schat uit een ver verleden, begraven in een 1-euro-bak. Zelf kan ik erover meespreken. De pre-loved items die ik door de jaren heen op de kop tikte, behoren tot de pronkstukken van mijn kledingverzameling. Ik denk aan de zwart-paars gestreepte sweater waarvoor ik slechts twee euro neertelde en een blauwe prairierok die ik kocht lang voordat de westerntrend zijn herintrede deed. Vaak is een goede vintagevondst voor mij verbonden aan een plaats, van de bloemenjurk waarop ik verliefd werd in Portobello Road tot de gouden ketting waarvoor ik afpingelde in Biarritz. 

De pre-loved items die ik door de jaren heen op de kop tikte, behoren tot de pronkstukken van mijn kledingverzameling.


Wie vintage shopt, verkiest tijdloosheid boven trends en traagheid boven fast fashion. Terwijl grote kledingketens om de paar weken een nieuwe collectie droppen, wacht een afgedankte jas soms jaren op een nieuwe eigenaar die hem met trots zal dragen. Vintage heeft geen haast, ik helaas wel. Daarom snuister ik het liefst op vakantie, wanneer er van deadlines en tijdsdruk geen sprake is. Tweedehands uit het buitenland is het allerbeste souvenir, een draagbare herinnering die blijft bestaan lang nadat postkaartjes vergeeld zijn. In Berlijn beleefde ik ooit een wilde nieuwjaarsnacht in een seventies pussy bow dress die ik gescoord had bij gebrek aan een feestoutfit. De avond begon met vuurwerk en dansen, en eindigde om zes uur ’s ochtends in een zetel langs een verlaten spoorweg. In LA kocht ik een vintage trouwjurk. Ik zwierf ermee door de gangen van Chateau Marmont en belandde op een concert in Echo Park. Mijn portefeuille was ik in het hotel vergeten, maar mijn look was onbetaalbaar. In Brooklyn pikte ik een matrozenjurk met polkadots uit de rekken waarin ik een halfjaar later een Japanse tyfoon zou trotseren. Omdat de orkaan het openbaar vervoer dreigde stil te leggen, ontsnapten mijn lief en ik halsoverkop uit Osaka om via Kanazawa uiteindelijk een berg in Minakami te bereiken. 24 uur op de vlucht in een vintagejurk.

Had ik die cycloon ook kunnen overleven in een nagelnieuwe outfit? Een hippe jeans, slogansweater en chunky sneakers, bijvoorbeeld? Wellicht, maar het verhaal was minder goed geweest. En dát is de kracht van vintage: die hele historie. God weet hoeveel avonturen die ene jurk al beleefd heeft, hoeveel werelddelen ze al bezocht en hoeveel stormen ze al doorstond. Geen idee wat jullie ervan denken, maar wanneer straks de wereld vergaat, trek ik iets tweedehands aan.

Meer columns van Catherine: 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '