Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© united nations cov

'Ik liet me deze week testen. Wat me onmiddellijk opviel, is dat ik me doodschaamde.'

OPINIE: ‘Kunnen we niet iedereen die een coronatest doet scheef bekijken?’

Herlinde Matthys
Herlinde Matthys Webjournalist

Ik liet me deze week testen op corona. Wat me onmiddellijk opviel, is dat ik me doodschaamde. Toen ik naar de dokter belde, toen ik mijn collega’s moest inlichten, bij het binnenwandelen van het triagecentrum... De scheve blikken en afkeurende knikjes hielpen daar niet bij. Nochtans volgde ik als een brave burger de veiligheidsmaatregelen netjes op.


Zo’n twee weken geleden, toen de maatregelen het nog toelieten, genoot ik samen met mijn broer van een ontbijtje. Een aantal dagen later vertoonde hij symptomen, waarna hij positief testte. Nog enkele dagen later had ik plots wat last van keel- en hoofdpijn. Normaal gezien niet echt een reden tot paniek, maar wel voor iemand die bijna nooit ziek wordt, zoals ik. Ik besloot de dokter te bellen. Zij verwees me door naar een triagecentrum voor de beruchte steek-het-stokje-tot-in-je-hersenpan-test.

Ik trok mijn hoodie van de Universiteit Gent aan, het enige wat écht is blijven hangen na vijf jaar studeren. Grapje! Maar ik had beter twee keer nagedacht over die vestimentaire keuze. Bij het binnenwandelen van het gebouw wierpen de dames aan het onthaal me een strenge blik toe. Waarschijnlijk dachten ze dat ik een van die studenten was die nog volop had gefeest in de Overpoort. Niet dus. Ik ben 32, dus mijn jaren op de schoolbanken liggen al een poosje achter mij. In hun verdediging: ik zie er een pak jonger uit. Dat heb ik volledig te danken aan mijn goede genen, want ik smeerde in mijn hele leven nog geen enkel zalfje. Ik heb een grondige hekel aan al die crèmekes! Maar we zijn aan het afwijken: ik werd dus bijna neergesabeld aan het onthaal. Toen ik naar de ingang van het triagecentrum wandelde, had ik al het gevoel gehad dat ik voorbijgangers hoorde denken: daar heb je nog zo eentje die zich niks aantrekt van de veiligheidsmaatregelen! Zelfs de oudere man die na mij binnenkwam, gaf mij met een afkeurend hoofdknikje en diepe frons het idee dat ík verantwoordelijk was voor zijn hoestbuien.

Waarschijnlijk dachten de dames aan het onthaal dat ik een student was die volop had gefeest in de Overpoort. Niet dus. Ik ben 32.


Ik kan nochtans met de hand op het hart zeggen dat ik een goede burger was de afgelopen maanden. Ik draag overal waar het moet of zelfs nog maar aangewezen is mijn mondmasker. Zo eentje uit de apotheek met een filter dat zowel anderen als mijzelf beschermt. Dubbele winst! Ik had voor de pandemie al een lichte vorm van smetvrees. Zo walg ik van openbare toiletten en doe ik wekelijks squats zodat ik elegant boven de bril kan balanceren tijdens mijn plasje. Ik raak nooit de leuning van een roltrap aan, of de palen in een tram. Ik sta liever een beetje te wankelen op mijn benen in de hoop dat de chauffeur geen bruusk remmanoeuvre uitoefent. Alcoholgel smeren als een gek ben ik dus al gewend. Ik heb de laatste maanden meer alcohol op mijn handen gesmeerd dan ik in mijn tweeëndertigjarige bestaan achterover kapte. De apero is mijn favoriete moment van de dag, dus ik kan je verzekeren dat ik al menig glaasje verzette.

Ik werk al maandenlang thuis, in de woonkamer aan het raam. Ondertussen ken ik werkelijk iedereen die in onze wijk woont, inclusief hun honden. Ik ging een weekje op reis, met de auto, naar het noorden van Frankrijk waar ik op de stranden van Normandië zo goed als alleen liep, mijn vriend buiten beschouwing gelaten. Ik heb mijn vrienden en vriendinnen al meer dan een half jaar niet geknuffeld en sommigen zelfs niet gezien om de bubbel toch klein genoeg te houden. Ik verloor mijn pepe tijdens de eerste coronagolf, dus ik weet perfect hoe pijnlijk het is om geen afscheid te kunnen nemen van iemand die je dierbaar is. Ik erger me dood aan mensen die de wandelrichting en duidelijke (!) pijlen niet volgen in het stadscentrum. Die anderhalve meter afstand houden, is een automatisme geworden. Met andere woorden: ik liep de kantjes er niet af en ging al zeker niet op zoek naar creatieve manieren om de veiligheidsmaatregelen te omzeilen.

Kunnen we dus stoppen met iedereen te veroordelen die een coronatest laat afnemen? Dat betekent niet noodzakelijk dat hij/zij alle regels aan zijn/haar laars lapte. Mensen durven niet meer te hoesten of te niezen in het bijzijn van anderen uit schrik om een kwade blik  of – erger nog –  een verwensing naar het hoofd te krijgen. News flash: als je je verslikt, moet je ook hoesten. En niezen gebeurt ook als er een stofje in je neus vliegt. Het coronavirus is super besmettelijk en zelfs al hou je je als een monnik aan de regels, de kans bestaat dat je het op een of andere manier toch krijgt. Het feit dat iemand zich laat testen, toont juist dat die persoon zijn verantwoordelijkheid neemt om ervoor te zorgen dat hij op zijn beurt niemand anders per ongeluk aansteekt. In plaats van een scheve blik, is een goedkeurende knik of een glimlach dus op zijn plaats. Zelfs al zit die laatste verscholen achter een masker.

Nog meer interessante opiniestukken:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' ' '